Klimaat en milieu centraal bij Proefstation voor de Groenteteelt dat 60 kaarsjes uitblaast

Het Proefstation voor de Groenteteelt in Sint-Katelijne-Waver bestaat dit jaar 60 jaar. Doorheen de jaren groeide het Proefstation uit tot een belangrijke praktische kennisinstelling voor haar meer dan 550 leden, waarvan het overgrote deel groentebedrijven. Een vaccin tegen het PepMV-virus bij tomaten, dat wereldwijd gebruik wordt, is één van de belangrijskte verworvenheden waaraan het Proefstation heeft bijgedragen. Ook heeft de organisatie een stevig imago opgebouwd op het gebied van bemestingsonderzoek. Bij het huidig onderzoek staan het veranderende klimaat en de strengere (milieu)wetgeving centraal.

28 september 2023  – Laatst bijgewerkt om 28 september 2023 20:32 Jerom Rozendaal
Lees meer over:

Officieel verscheen de oprichtingsakte van het Proefstation voor de Groenteteelt op 9 januari 1964 in het Belgisch Staatsblad, maar de oprichting van de vereniging vond in 1963 plaats. In de daaropvolgende 60 jaar is er heel wat veranderd in de tuinbouwsector, mede dankzij de inbreng van de Vlaamse praktijkcentra, vertelt Els Berckmoes, directeur van het Proefstation voor de Groenteteelt. "De Vlaamse tuinbouwsector behoort tot de wereldtop op het vlak van innovatie. Al decennialang zijn we pioniers op de velden en in de serres en dat komt door onze onderzoekers, ons netwerk maar zeker ook door onze telers. Het is dankzij hun praktische inzichten en ervaringen dat we vele succesvolle bijdragen hebben kunnen leveren in projecten”.

Berckmoes benadrukt dat de noden van de telers steeds centraal stonden bij de onderzoekskeuze van het proefstation, onderzoek dat bovendien praktijkgericht was en ook tot baanbrekende resultaten heeft geleid.  Zij noemt het voorbeeld van het Pepinomozaïekvirus, een virus dat problemen met de doorkleuring van tomaten veroorzaakt. “Vanaf 2005 werd het onderzoek rond dit virus opgestart en dat leidde in 2011 tot een belangrijke doorbraak. In samenwerking met andere onderzoeksinstellingen Scientia Terrae en Proefcentrum Hoogstraten, zijn we erin geslaagd een vaccin te ontwikkelen. Dat vaccin wordt momenteel wereldwijd toegepast.”

Volgens de directeur van het Proefstation blinkt de onderzoeksinstelling op basis van jarenlang onderzoek ook uit op het gebied van bemesting. “Door de jaren heen hebben we via onze projectwerking, maar ook via onze bemestingsadviezen, een nauwe band opgebouwd met de telers waardoor we weten welke uitdagingen er spelen. Praktijkgericht onderzoek om telers verder te helpen stond de voorbije zestig jaar centraal en zal dat in de toekomst ook doen.”

rijbemesting Proefstation

Klimaat en milieu

Belangrijke uitdagingen op de Vlaamse groentevelden en onder glas hebben momenteel onder andere betrekking op klimaatveranderingen en steeds strengere wetgeving. “Bijvoorbeeld de regelgeving rond gewasbeschermingsmiddelen wordt steeds strenger en op korte termijn vallen enkele belangrijke gewasbeschermingsmiddelen weg voor de telers. De noodzaak voor goed uitgewerkte geïntegreerde beheerstrategieën, ook wel IPM-strategieën genoemd, neemt enorm toe. Hier werden in het verleden al heel wat stappen gezet binnen het onderzoek en de sector. Toch resten er nog heel wat onderzoeksvragen. De drogere en warmere zomers van de laatste jaren hebben een duidelijke impact op de ontwikkeling van heel wat plaaginsecten. In één van de lopende onderzoeken kijken we naar de tripsbestrijding in de preiteelt”, aldus Berckmoes die wijst op het belang van de rassenkeuze, plaagmonitoring en de juiste inzet van de benodigde bestrijdingsmiddelen op het juiste moment.

Wat betreft het klimaat is de beschikbaarheid van water een belangrijke leidraad in huidig en toekomstig onderzoek. “Er zijn steeds meer en voregere oppompverboden, waardoor de beschikbaarheid van water een probleem wordt.” Deze uitdaging heeft ook tot een veranderde strategie geleid bij het Proefstation. Waar onderzoek zich voordien eerder toelegde op oplossingen binnen de perceelsgrenzen, wordt er nu vaker grensoverschrijdend gekeken.

Berckmoes geeft hierbij het voorbeeld van het project van Life ACLIMA, dat loopt van 2021 tot 2026 en waar met verschillende partners samengewerkt wordt. “Hier onderzoeken we met onder andere een glastuinbouwbedrijf of we in de winter water uit de beek kunnen capteren en dit na reiniging op kunnen slaan voor een later gebruik in de serre. Hiermee kunnen we enerzijds een antwoord bieden op de watervraag van serrebedrijven en anderzijds de omgeving ontlasten door op de juiste momenten water te capteren: in de winter als er overstromingsrisico dreigt en niet in de zomer als er sprake is van droogte.”

Energie en bemesting

Een andere uitdaging is die van energie in de glastuinbouw. Niet alleen is er vanuit de EU een grote druk om de CO2-uitstoot te verminderen, de onvoorspelbare energieprijzen brengen eveneens veel onzekerheid met zich mee in de glastuinbouw. Met het project Energlik kijkt het praktijkcentrum samen met onder meer Proefcentrum Hoogstraten naar het terugbrengen van de energiebehoefte, bijvoorbeeld door het aanbrengen van energieschermen.

Ook op het gebied van bemesting wil het Proefstation zich verder ontwikkelen. Berckmoes noemt in dat verband het PeriFert-project waarbij er samen met telers gewerkt wordt aan de constructie van een machine voor rijenbemesting. Deze machine moet ervoor zorgen dat de vloeibare mest tot bij de plant komt, wat voor een efficiëntere opname van nutriënten zorgt. Binnen dit project ligt de focus op het potentieel van circulaire meststoffen. “Dit onderzoek staat in het teken van de Europese eisen om nutriëntverliezen tegen 2030 met 50 procent te reduceren.”

Veel van de huidige en toekomstige onderzoeksonderwerpen kunnen ondergebracht worden onder het containerbegrip duurzaamheid.  Proefstation voor de Groenteteelt heeft ze echter onderverdeeld in vijf thema’s: teelten met toekomst, grondstoffen met toekomst, teelten in harmonie met de omgeving, digitalisatie en automatisatie, en een duurzame bedrijfsvoering.

Onderzoek is overigens niet het enige waar de medewerkers van het praktijkcentrum zich mee bezig houden. “Kennisdoorstroming is ook een belangrijk onderdeel van onze werking. Via demonstratie-, en voorlichtingsactiviteiten garanderen we bovendien de kennisdoorstroming naar de verschillende actoren binnen de groentesector: telers, toeleveranciers, overheden en onze toekomstige tuinbouwers”, besluit Berckmoes.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek