Graslanden in de Kempen blijken sterke klimaatbondgenoten
nieuwsGraslanden – en dan vooral op zandgronden – zijn een onmisbare schakel in het klimaatverhaal. Dat blijkt uit het LEADER-project Klimaathoeders van de Kempen, waarbij wetenschappers op tien locaties in de Kempen intensief onderzoek deden naar koolstofstromen in graslanden. De resultaten zetten het lang onderbelichte belang van graslanden als koolstofopslagplaats in de kijker.
Gasmetingen in het veld
Tot nu toe ging de meeste aandacht in bodemonderzoek naar natuurgebieden en akkers. Graslanden bleven vaak onder de radar. Nochtans hebben ze, zeker op zandbodems, een groot potentieel om koolstof vast te leggen dankzij hun diepe en uitgebreide wortelstelsel.
Om die hypothese te toetsen, voerden onderzoekers in 2023 en 2024 maar liefst 786 gasmetingen uit op hoogproductieve graslanden van Kempische melkveehouders. Gewapend met draagbare gasanalyzers maten ze ter plaatse hoeveel CO₂ en CH₄ vrijkwam uit de bodem. Ook bodemvocht en temperatuur werden gemonitord. De metingen vonden plaats op zowel landbouw- als natuurgraslanden.
Warm en droog? Meer CO₂
De resultaten tonen dat bodemtemperatuur en -vocht cruciale factoren zijn. Hoe warmer en droger de bodem, hoe meer CO₂ vrijkomt. Omgekeerd komt methaan vooral vrij in natte omstandigheden. Op zandgronden – die sneller uitdrogen – liep de CO₂-uitstoot bij hogere temperaturen snel op. Bij intensieve begrazing steeg de methaanuitstoot, vooral op lemige bodems waar verdichting vaker optreedt, waardoor de bodem slechter draineert en sneller verzadigd raakt met water.
Ook het type graslandbeheer bleek van belang. Op landbouwgronden zorgde bemesting voor een piek in CO₂-uitstoot, maar een deel van die koolstof werd effectief vastgelegd in de bodem. Gras- en kruidenmengsels lieten zelfs een hogere CO₂-uitstoot zien dan monoculturen, wat verband houdt met een actiever bodemleven. Die verhoogde activiteit leidt weliswaar tot meer gasuitstoot, maar ook tot meer koolstofopslag – vooral dankzij diepere beworteling en betere samenwerking tussen plantenwortels en het actievere bodemleven.
Praktijkadvies: kijk in de bodem
Een eenvoudige manier om als landbouwer inzicht te krijgen in de koolstofopslag van je grasland, is het bekijken van de beworteling. Door een profielkuil te graven, zie je meteen hoe diep het gras wortelt. Gras-kruidenmengsels en grasklaver wortelen doorgaans dieper dan klassiek Engels raaigras. Die diepe wortels zorgen niet alleen voor betere koolstofopslag, maar ook voor een gezondere bodemstructuur.
Aan de slag?
Overweeg het inzaaien van diepwortelende soorten zoals rode klaver of cichorei. Gebruik organische meststoffen met een hoge koolstof-stikstofverhouding, zoals stalmest of compost. Zo werk je niet alleen aan een vruchtbare bodem, maar ook aan een klimaatrobuust landbouwsysteem.
Vervolgonderzoek in 2025
In het najaar van 2025 volgt een nieuw project dat verder moet uitzoeken welke factoren het meeste bijdragen aan koolstofvastlegging in graslanden. De boodschap is duidelijk: wie klimaatwinst zoekt, doet er goed aan zijn graslanden met zorg te beheren.
Het Klimaathoeders-project is een samenwerking tussen KU Leuven Campus Geel, Hooibeekhoeve, Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete, Thomas More, Boerenbond, Het Bolhuis en VLM.
