G20 buigt zich over voedselprijzen

Hoog op de agenda van de G20, de groep van de 20 belangrijkste industrie- en groeilanden, staat dit jaar de instabiliteit van de grondstofprijzen en de hoge voedselprijzen. Dat maakt de Franse premier François Fillon bekend. De mededeling van de FAO dat de voedselprijzen in december naar een absoluut record stegen, heeft geleid tot sterke bezorgdheid.

De Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties FAO kondigde eerder deze week aan dat de voedselprijzen in december van vorig jaar hoger reikten dan ooit tevoren. De prijzen overstegen zelfs het niveau van 2008, toen de hoge prijzen leidden tot voedingsrellen. Bovendien wordt nog een verdere stijging verwacht.

Desondanks vreest de FAO geen herhaling van de voedingsrellen, omdat er in tegenstelling tot de situatie in 2008, nog voldoende graanvoorraden beschikbaar zijn. Nochtans braken in Algerije, Tunesië en Egypte de afgelopen weken al enkele rellen uit. Voornamelijk jongeren en verarmde bevolkingsgroepen voeren er gewelddadige demonstraties tegen de hoge voedselprijzen. In Tunesië vielen daarbij al drie dodelijke slachtoffers.  

De mededeling van FAO heeft op politiek niveau tot bezorgde reacties geleid. Volgens de Franse premier François Fillon staat de volatiliteit van de grondstofprijzen en de hoge voedselprijzen dit jaar hoog op de agenda van de G20. Ook Eurocommissaris voor Landbouw Dacian Ciolos uitte zijn bezorgdheid . Volgens Ciolos kunnen landbouwers namelijk eveneens slachtoffer worden van deze evolutie, aangezien de prijsstijgingen deels te wijten zijn aan hogere grondstof- en energieprijzen.

Wat de oorzaken van de hoge voedselprijzen betreft, wijst de Europese Commissie op gelijkenissen met de crisis in 2008. Ook nu zouden een structurele verhoging van de vraag in groeiende landen zoals China en India, stijgende energieprijzen, mislukte oogsten en instabiliteit van de markten aan de basis liggen. Hoe de prijzen de komende maanden verder evolueren, is volgens de Commissie afhankelijk van de mate waarin landbouwers de productie kunnen opvoeren. Op middellange termijn verwacht zij een daling, schrijft De Tijd.