Financiële hulp voor getroffen pluimveebedrijven

Pluimveebedrijven die in de toekomst getroffen worden door vogelgriep en die hun dieren moeten laten doden, zullen op financiële hulp kunnen rekenen. Die hulp komt voor de helft van de Europese Unie en voor de overige 50 procent van de federale overheid. Bovendien kunnen de gewesten de hulp voorschieten om de getroffen bedrijven te helpen in afwachting dat ze hun financiële vergoeding krijgen.

"Bedrijven kunnen financieel geholpen worden in precieze gevallen die zijn vastgelegd door de Europese Unie", beklemtoont het kabinet van Waals minister van Landbouw Lutgen. De hulp komt er als "de ziekte is vastgesteld, als de veestapel afgeslacht moet worden en als de totale verliezen meer bedragen dan 30 procent van de waarde van de veestapel".

Wat de hulp van de gewesten betreft, die zou er kunnen komen in de vorm van een overbruggingskrediet en via een intresttegemoetkoming. "Zo kan de financiële hulp versneld worden zodat het bedrijf kan overleven", voegt André-Marie Poncelet, kabinetchef van minister Lutgen, er aan toe.

Er wordt momenteel ook gepraat over de mogelijkheid om economische hulp te bieden aan pluimveebedrijven die schade hebben geleden door de ophokplicht en door de lage prijzen en de lage verkoop.