Europese landbouwministers kanten zich tegen hervorming landbouwbegroting
nieuwsDe Europese ministers van Landbouw hebben begin deze week collectief het been stijf gehouden tegen een ingrijpende hervorming van de volgende landbouwbegroting. In totaal hebben 26 van de 27 lidstaten een reeks conclusies goedgekeurd die het strategische belang van het GLB bevestigen nu de Europese Commissie aan een voorstel werkt voor de volgende begrotingsperiode die in 2028 begint. Enkel Roemenië maakte bezwaar, maar dat was vooral ingegeven door het verschil in hectarepremie die er wordt gegeven aan de laatst toegetreden lidstaten.
Naar één nationale geldpot?
De Europese Commissie speelt met het idee om het GLB samen te voegen met zo’n 530 andere EU-programma’s tot één nationale geldpot. Vanuit die pot zouden dan uitgaven betaald kunnen worden voor de diverse sectoren, variërend van landbouwsubsidies tot sociale huisvesting. De betalingen aan de lidstaten zouden dan afhankelijk gemaakt worden van de mate waarin ze bepaalde hervormingen doorvoeren, zoals de promotie van biologische landbouw.
In het huidige meerjarig financieel kader van de EU, dat nog loopt tot 2027, is 387 miljard euro voorzien voor het GLB. Dat is meer dan een derde van de totale EU-begroting. Critici zijn van mening dat dit geld de status quo handhaaft en te weinig een antwoord biedt op de bredere en groeiende economische uitdagingen waar de EU mee geconfronteerd wordt.
Raad wil huidig karakter GLB bewaren
Tijdens de Landbouwraad van afgelopen maandag en dinsdag in Luxemburg hebben de landbouwministers duidelijk gemaakt “dat de Europese landbouwbegroting moet blijven bestaan en een onafhankelijk beleid moet blijven bij de verdeling van landbouwsubsidies”. “We willen elk voorstel dat het specifieke karakter van het GLB zou wegnemen, vermijden. Als de steun en financiering van de landbouw ter discussie komt en snel aangepast kan worden, dan zal dat schade toebrengen aan de voedselzekerheid van Europa en de bestaansmiddelen van de boeren”, zei Istvan Nagy, de minister van Landbouw van Hongarije, dat op dit moment voorzitter is van de EU.
Hij kreeg ook steun van zijn Spaanse collega en van aftredend Europees landbouwcommissaris Janusz Wojciechowski. “Als iemand denkt dat we het GLB kunnen overslaan en alles in één groot pakket kunnen stoppen, dan heeft die het mis”, waarschuwde de Spaanse minister Luis Planas. Wojciechowski zei dat hij een groot voorstander is van de aanpak die er nu is. “Ik ben tegen het idee om landbouwsubsidies te koppelen aan voorwaarden buiten de landbouw. Het GLB kan niet afhankelijk zijn van andere zaken.”
Lidstaten kiezen vlucht vooruit
Met dit standpunt nemen de lidstaten de vlucht vooruit. Ze vrezen dat ze een stuk buitenspel gaan gezet worden nu de voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen, heeft aangekondigd dat ze de conclusies van de Strategische Dialoog over de toekomst van de landbouw snel wil uitwerken in een beleidsroutekaart. “Politieke beslissingen over het toekomstig GLB zijn de verantwoordelijkheid van ministers en EU-wetgevers”, klinkt het.
In de conclusies hebben de Europese landbouwministers ook opgeroepen om in het toekomstig GLB veel van de bureaucratische maatregelen te schrappen. “Zij zijn een bron van frustratie voor zowel boeren als overheden”, luidt het. Daarnaast wordt ook opgeroepen om de positie van boeren ten opzichte van retailers en andere actoren in de waardeketen te versterken, en om ervoor te zorgen dat klimaat- en natuurbeschermingsdoelen niet zwaarder wegen dan de economische belangen van boeren.
Geen unanimiteit
Opvallend is evenwel dat er geen unanimiteit was over de tekst. Na twee dagen van intensieve onderhandelingen handhaafde Roemenië zijn verzet tegen deze conclusies in het licht van de al lang bestaande ongelijke verdeling van landbouwsubsidies onder de lidstaten. De landen die in 2004 of later zijn toegetreden tot de EU ontvangen een lagere hectarepremie omdat ervan uitgegaan wordt dat het hen minder kost om voedsel te produceren.
Het ontbreken van unanimiteit zorgt ervoor dat de tekst minder politiek gewicht heeft omdat hij niet kan worden aangenomen als het officiële standpunt van de Raad, maar in plaats daarvan als de conclusies van het Hongaars voorzitterschap van de EU.

Bron: Politico