"Droogte tast opbrengst en kwaliteit van gewassen aan"

Nu de warmte en droogte aanhouden, worden de gevolgen voor de Vlaamse land- en tuinbouw steeds zichtbaarder. Boerenbond meent dat de oogsten van 2010 lager zullen liggen dan voorgaande jaren, niet enkel op vlak van hoeveelheid, maar ook op vlak van kwaliteit. Land- en tuinbouwers treffen allerlei maatregelen maar het is de vraag hoe lang het nog warm en droog blijft.

De lange winter en het koude voorjaar van 2010 zorgden ervoor dat de voorjaarswerkzaamheden traag op gang kwamen en teelten een achterstand in groei hadden. Daar komt nu de langdurige droogte van de voorbije weken bij, die in combinatie met de hoge temperaturen voor een uitzonderlijke situatie in de land- en tuinbouw zorgt. Boerenbond wijst wel op een verschil tussen de regio’s: op sommige plaatsen bracht het voorbije weekend een flinke onweersbui, op andere plaatsen bleef het kurkdroog of viel er te weinig neerslag.

In de akkerbouwteelten verwacht Boerenbond vooral opbrengstderving in de aardappelteelt. De opbrengst van vroege aardappelen ligt 30 tot 50 procent lager dan vorig jaar. De topoogsten die de voorbije jaren genoteerd werden voor bewaaraardappelen, zouden dit jaar evenmin gehaald worden. De ontwikkeling van suikerbieten en cichorei loopt duidelijk achter. Een late zaai, gevolgd door droogte, zorgt dat het gewas er niet goed bij staat.

Wat de graangewassen betreft zal de gerst niet meer beïnvloed worden door de aanhoudende droogte aangezien de oogst intussen gestart is. Maar Boerenbond vreest wel voor de kwaliteit en hoeveelheid tarwe die van de velden wordt gehaald als het niet gauw regent. Ook veel maïsvelden lijden onder de droogte wat een rem zet op de groei en de ontwikkeling van de maïsplant.

Veehouders worden geconfronteerd met weiden waar het gras niet meer wil groeien. Hier en daar moeten veehouders al bijvoederen waarbij de reserves voor de winterperiode worden aangesproken. Daarom vraagt Boerenbond de Vlaamse overheid om dieren uitzonderlijk ook op grasklaverpercelen te laten grazen, iets wat normaal gezien, in het kader van de beheersovereenkomsten, niet toegelaten is. Ook het vee lijdt onder de hoge temperaturen. In de stallen wordt de temperatuur onder controle gehouden met ventilatoren. Voldoende koel drinkwater is zowel in de stal als voor de koeien in de wei onontbeerlijk.

Bij de industriegroenten ziet Boerenbond duidelijke verschillen tussen de teelten. De oogst van erwten verliep tot nu toe naar behoren maar vertoont wisselvallige opbrengsten. Bonen komen stilaan in bloei en hebben dringend water nodig voor een goede vruchtzetting. De groeiachterstand bij wortelen wordt zichtbaar, evenals het kwaliteitsverlies. De pas uitgeplante winterprei heeft nood aan vocht en koelere temperaturen. De reeds uitgeplante prei schiet door de droogtestress sneller door, wat ook te zien is bij wortelen en selder. Waar aanhoudend beregening mogelijk is, blijft de schade nog enigszins beperkt.

In de glastuinbouw speelt de droogte een minder dominante rol. Tuinders hebben immers wateropslag in reservoirs. Wel loopt de vruchtzetting door insecten moeilijk bij deze temperaturen. In serres wordt met wit krijt of met schermdaken geprobeerd om de hitte onder controle te houden. Daken van serres worden beregend om de glazen kasten af te koelen. Met de pluk van de groenten wordt ’s morgens extra vroeg begonnen zodat de plukkers voor de middaghitte hun werk gedaan hebben.

Fruittelers die kersen plukken, stellen vast dat die door de droogte duidelijk kleiner zijn. En als het niet gauw regent, verwacht Boerenbond ook schade voor het hardfruit. Zeker jonge appel- en perenbomen hebben nood aan water.

Boerenbond geeft aan dat land- en tuinbouwers afhankelijk zijn van het weer en dat ze gewend zijn te werken met de seizoenen. Zij treffen dan ook allerlei maatregelen om de gevolgen van de weersomstandigheden onder controle te houden. De vraag is natuurlijk hoe lang het nog droog en warm blijft. Zowel bij Boerenbond als bij Vlaamse land- en tuinbouwers worden de weerberichten op de voet gevolgd.