Dirk Van Mechelen: 'Niet schuld van Ruimtelijke Ordening'

"Het niet tijdig opstarten van installaties is niet te wijten aan de bouwvergunningsproblematiek of een gebrek aan initiatief vanuit het departement Ruimtelijke Ordening", zo stelt de minister maandag in een mededeling.

Van Mechelen wijst erop dat de Vlaamse regering op 6 juni vorig jaar een ruimtelijke visievorming goedkeurde met betrekking tot locaties voor mestverwerkingsinitiatieven in Vlaanderen.

Daarbij worden drie types van installaties onderscheiden: de bedrijfsgebonden installaties, de kleinschalige verwerkingsinitiatieven die op een lokaal bedrijventerrein kunnen worden ingeplant (of bij gebrek daaraan in een agrarisch gebied), en de grootschalige installaties die thuishoren op regionale bedrijventerreinen. "Steeds moet de inplanting wel verzoenbaar zijn met de ecologische aspecten", zo onderstreept Van Mechelen.

Volgens de minister is sinds eind vorig jaar een omzendbrief van kracht met specifieke richtlijnen voor de beoordeling van vergunningsaanvragen voor mestverwerkingsinstallaties. "Desondanks zijn nog maar weinig of geen concrete bouwaanvragen voor installaties ingediend", zo weet Van Mechelen.

Bovendien is volgens de minister tijdens het landbouwoverleg van 17 januari door de landbouworganisaties met geen woord gerept over de bouwvergunningsproblematiek.

Van Mechelen zegt bereid te blijven om "binnen het wettelijke kader constructief mee te werken aan de noodzakelijke oplossing voor de verwerking van mestoverschotten". "Maar de eerder ongenuanceerde verklaringen van Boerenbondwoordvoerder Saenen kan ik niet aanvaarden", besluit de minister.