Colombiaanse koffie en palmolie onder druk door nieuwe EU-regels tegen ontbossing
nieuwsVanaf december 2025 moeten bedrijven die producten naar de EU exporteren, kunnen bewijzen dat deze geen bijdrage leveren aan ontbossing. De EU-verordening tegen ontbossing (EUDR) brengt grote veranderingen voor landen als Colombia, waar koffie en palmolie cruciale exportproducten zijn. Terwijl de nieuwe regels kansen bieden voor duurzamere productie en eerlijkere handelspraktijken, stellen ze kleinschalige boeren voor grote uitdagingen.
Met de ontbossingswet wil de Europese Unie voorkomen dat producten afkomstig van bepaalde grondstoffen – zoals koffie, cacao, palmolie, soja, vee, rubber en hout – die in de EU op de markt worden gebracht of uit de EU worden geëxporteerd, hebben bijgedragen aan ontbossing of bosdegradatie. De impact van deze wet op Europese bedrijven is al uitgebreid besproken en heeft tot veel debat geleid. Maar de wet heeft niet alleen gevolgen binnen Europa, ook derde landen zullen zich moeten aanpassen aan de strengere regelgeving.
Cruciale sectoren in Colombia
In het Latijns-Amerikaanse land Colombia kan meer dan een half miljoen gezinnen leven van de koffieteelt en werken bijna 200.000 mensen in de palmoliesector.
Om de precieze impact in kaart te brengen, schakelde de Nederlandse ambassade in Bogotá de Wageningse universiteit in. Het onderzoek van Wageningen Social & Economic Research (WSER) richt zich op de maatregelen, controles en risico’s die nodig zijn om te voldoen aan de EUDR-eisen. “De verwerking van Colombiaanse koffie is complex. Een fabriek ontvangt bonen van duizenden boeren, wat het lastig maakt om de herkomst te traceren”, zegt onderzoekster Maria Naranjo. “Voor naleving van de EUDR zijn duidelijke richtlijnen, gestandaardiseerde processen, traceerbaarheidstechnologieën en ondersteuning voor boeren essentieel om de kosten en technische obstakels te overwinnen.”
Technologieën zoals satellietbeelden, blockchain, barcodes en RFID-tags kunnen helpen om koffie en palmolie voor de Europese markt de certificeren. De Nationale Federatie van Koffieboeren (FNC) heeft al een solide basis gelegd met het SICA-systeem, dat gedetailleerde informatie over plantages bevat en koffie kan traceren tot op het individuele perceel. Ook de palmoliesector maakt vorderingen, bijvoorbeeld door samenwerking tussen Fedepalma, IDEAM (het Colombiaanse instituut voor hydrologie, meteorologie en milieuonderzoek) en technologiebedrijf Satelligence voor real-time monitoring van plantages. “Initiatieven zoals APSColombia hebben een verificatiesysteem dat al grotendeels voldoet aan de EUDR-eisen.”
Standaardisatie en coördinatie als sleutels tot succes
Standaardisatie speelt een cruciale rol in het succes van traceerbaarheidssystemen. Door processen, technologieën en rapportage-eisen te harmoniseren, kunnen gegevens uit verschillende bronnen eenvoudiger gecombineerd en geverifieerd worden. Dit voorkomt verwarring en inefficiëntie, vooral wanneer producten door meerdere schakels in de keten bewegen. “Het is essentieel dat nationale wetgeving wordt afgestemd op de EUDR Due Diligence-eisen, met duidelijke richtlijnen voor alle betrokkenen”, zegt Naranjo. “Het gebruik van het burgeridentificatienummer als unieke code in traceerbarheidssystemen kan helpen om informatiestromen te standaardiseren, zodat producten nauwkeurig gevolgd kunnen worden van boerderij tot export.”
Wie betaalt de kosten?
Eén van de grootste uitdagingen is ervoor te zorgen dat kleinschalige boeren, vooral die zonder geografische gegevens, niet worden uitgesloten van de EU-markt door de kosten en complexiteit van de EUDR-naleving. Zonder de juiste ondersteuning kunnen deze boeren gemarginaliseerd raken, terwijl de verkoop van producten die ontbossing veroorzaken, verschuift naar minder gereguleerde markten, wat de duurzaamheid ondermijnt. “Effectieve traceerbaarheid zonder boeren te veel te belasten, vereist gecoördineerde inspanningen van publieke en private organisaties, coöperaties en overheden”, legt Naranjo uit. Dit betekent ook dat kwesties rondom eigendomsregistratie en landrechten moeten worden aangepakt om fraude en uitsluiting te voorkomen. Daarnaast kan de uitbreiding van internetinfrastructuur in landelijke gebieden de informatiestormen verbeteren.
Innovatieve financieringsmodellen, zoals publiek-private samenwerkingen, het vermarkten van data en microkredieten op basis van data, kunnen helpen om de kosten te dekken. Beleidsmakers kunnen creatieve oplossingen bevorderen door subsidies te verstrekken voor technologieën en zo een brug te slaan tussen technologie-aanbieders en boeren.
Kansen voor duurzame verandering
“De invoering van de EUDR zal structurele veranderingen teweegbrengen en een grote impact hebben op exportlanden zoals Colombia. Hoewel de wetgeving uitdagingen met zich meebrengt, biedt ze ook een kans om een traceerbaarder, veiliger en eerlijker systeem op te bouwen voor zowel werknemers als producenten, vooral degenen die al hoge duurzaamheidsnormen hanteren”, concludeert Naranjo.
Bron: WUR
Beeld: Greenpeace