China verhoogt armoededrempel

De Chinese regering heeft beslist dat de armoededrempel opgetrokken wordt van 82 tot 115 euro op jaarbasis. Dat betekent dat 43,2 miljoen Chinezen voortaan als arm worden beschouwd, tegenover 14,8 miljoen voorheen. Door de verhoging van de armoededrempel zullen voortaan meer mensen een beroep kunnen doen op officiële hulpprogramma's. Daarvoor heeft de regering dit jaar 1,75 miljard euro uitgetrokken. Dat is 250 miljoen euro euro meer dan in 2007.

In 1985 legde China voor het eerst een armoededrempel vast. Die lag toen op 22 euro. Sinds de economische hervormingen van dertig jaar geleden zouden al 200 miljoen Chinezen uit de armoede gehaald zijn. De armoededrempel is het minimale inkomen dat volgens een officiële berekening nodig is om toegang te hebben tot levensnoodzakelijke producten en basisdiensten.

In 2007 bedroeg het gemiddelde netto jaarinkomen van landbouwers 470 euro. In steden lag het gemiddelde netto-inkomen op 2.717 euro. Twee maanden geleden keurde het communistische bestuur in China al een pakket hervormingsmaatregelen goed met de bedoeling de armoede onder de plattelandsbevolking tegen te gaan. De hervormingen voorzien dat boeren in de toekomst land kunnen verkopen of verpachten.