Boerenbond: "Marges staan systematisch onder druk"

2017 was voor veel land- en tuinbouwbedrijven een jaar om financieel op adem te komen. Dit jaar loopt het opnieuw mis en verkeren een aantal deelsectoren als vanouds in ademnood. Ten opzichte van vorig jaar becijferde Boerenbond een omzetdaling met zes procent. Vergeleken met het vijfjarige gemiddelde gaat het nog altijd om een stevige terugval (-5%). In de plantaardige sectoren dalen de productievolumes door de droogte, terwijl de dierlijke sectoren geplaagd worden door de slechte prijzen voor varkens en voor melk. Tezelfdertijd stijgen de directe kosten. “Uitgerekend in de Week van de Fair Trade willen we onderstrepen dat er actie en beleid nodig zijn om een strategische markt als voedsel te corrigeren en om faire prijzen voor boer en consument te hebben”, reageert Boerenbondvoorzitter Sonja De Becker.
3 oktober 2018  – Laatste update 14 september 2020 14:47
Lees meer over:

2017 was voor veel land- en tuinbouwbedrijven een jaar om financieel op adem te komen. Dit jaar loopt het opnieuw mis en verkeren een aantal deelsectoren als vanouds in ademnood. Ten opzichte van vorig jaar becijferde Boerenbond een omzetdaling met zes procent. Vergeleken met het vijfjarige gemiddelde gaat het nog altijd om een stevige terugval (-5%). In de plantaardige sectoren dalen de productievolumes door de droogte, terwijl de dierlijke sectoren geplaagd worden door de slechte prijzen voor varkens en voor melk. Tezelfdertijd stijgen de directe kosten. “Uitgerekend in de Week van de Fair Trade willen we onderstrepen dat er actie en beleid nodig zijn om een strategische markt als voedsel te corrigeren en om faire prijzen voor boer en consument te hebben”, reageert Boerenbondvoorzitter Sonja De Becker.

Naar jaarlijkse gewoonte raamt Boerenbond in het najaar de omzetevolutie van de Vlaamse land- en tuinbouw. Voor veel teelten zijn de opbrengsten en prijsevoluties in meer of mindere mate gekend of in te schatten. In de plantaardige sectoren laat het resultaat zich raden. Na een extreem warme en droge zomer halen boeren minder kilo’s van het veld zodat ook hun omzet daalt. In de dierlijke sectoren wordt de omzetdaling vooral gedreven door de zwakke prijsvorming voor varkensvlees en melk.

In de varkenshouderij komt de omzet uiteindelijk bijna 15 procent lager uit. Het productievolume steeg nog met 4,2 procent als reactie op de goede prijsvorming in 2017, die op zijn beurt het gevolg was van een gedaald aanbod in Europa en een behoorlijke export. De hogere notering van de varkensprijs had echter een keerzijde. In derde landen verloren Europese slachthuizen marktaandeel zodat er vrij snel een prijscorrectie volgde, en wel met 18 procent over het ganse jaar bekeken.

Bij de resultaten van de varkenssector in 2018 maakt Pieter Verhelst namens het hoofdbestuur van Boerenbond een voorbehoud: “De marktverstoring door de haard van Afrikaanse varkenspest bij everzwijnen is nog niet mee verrekend in deze cijfers. Het verdere ziekteverloop zal de conjunctuur sterk beïnvloeden en is onzeker. De markt lijkt er vertrouwen in te krijgen dat de uitbraak beheerst kan worden. Blijvend inzetten op controle en preventie is dus cruciaal om dit vertrouwen verder te versterken zodat de prijs weer kan aansluiten bij de Europese markt.”

Net zoals in de varkenshouderij steeg ook in de melkveehouderij de geproduceerde hoeveelheid (+4,6%), maar daalde de omzet (-5%). Niet alleen in België trekken de melkleveringen terug aan, ook wereldwijd stijgt de melkproductie. “Melk kende zo een prijsdaling met 9,5 procent in hoofdzaak ten gevolge gedaalde boterprijzen eind 2017 en gedaalde melkpoederprijzen begin 2018”, schetst Boerenbond de conjunctuur.

Door de substantiële prijsdaling voor melk daalde de omzet van de Vlaamse melkveesector globaal met 5 procent. Reforme melkkoeien waren gewild in het buitenland en brachten daarom wat meer geld in het laatje dan vorig jaar. Dat is meteen ook de enige verklaring voor de prijsstijging bij rund- en kalfsvlees (+2,9%). De prijsvorming van kwaliteitsrundvlees – afkomstig van de wit-blauwe dikbil – blijft een mager beestje. Het vleesschandaal rond de Veviba-groep maakte dat alleen nog erger.

De directe kosten voor de boeren stijgen met twee procent in 2018. De wekenlange droogte joeg akkerbouwers en groentetelers extra op kosten, maar die meerkost is zelfs niet verrekend wegens moeilijk te berekenen. De grootste kostenposten zijn veevoeders (+3,5%) en energie (+9%). Van 2013 tot 2017 daalden de kosten nog onder invloed van de lage graanprijzen die het veevoeder goedkoper maakten. Door de stijgende kosten en de omzetdaling in vrijwel alle deelsectoren zet het herstel uit 2017 zich dus niet door.

Boerenbond werkt ook rentabiliteitsbarometers per sector uit. In nagenoeg alle sectoren krimpt de rentabiliteit, met een afgetekende verslechtering voor de vleesveehouderij. “Het gestaag dalen van het verbruik van vers rundsvlees speelt de sector parten. Het thuisverbruik van rundsvlees is de voorbije acht jaar met meer dan 20 procent gedaald”, geeft Boerenbond meteen ook de verklaring.

Akkerbouw en appelteelt zijn net zoals vleesveehouderij al langer dan vandaag zorgenkinderen. De rentabiliteitsbarometers voor openluchtgroenten, melkvee en varkens moeten terug inbinden na twee sterke jaren van herstel. Daar waar de barometer voor melkvee en varkens zich weet te handhaven iets onder het vijfjarige gemiddelde, zakt de barometer voor verse groenten flink terug. Over alle deelsectoren heen zijn de marges in land- en tuinbouw erg volatiel maar bovenal klein. Door directe kosten die de jongste tien jaar sneller stijgen (+7%) dan de omzet (+4,5%) blijft er onder de streep steeds minder over voor land- en tuinbouwers.

Vanuit het perspectief van de boer is voeding te goedkoop”, merkt Boerenbondvoorzitter Sonja De Becker op, “wat niet noodzakelijk hoeft te betekenen dat de prijs die de consument betaalt omhoog moet. De grote uitdaging ligt in de eerlijke verdeling van de marge tussen de prijs die de boer krijgt en de prijs die de consument uiteindelijk voor zijn product betaalt.” Om faire prijzen te bekomen, is naar verluidt actie nodig en De Becker laat niet na dat te onderstrepen in de Week van de Fair Trade. “Dit is niet iets wat de boer alleen kan oplossen, maar het is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van beleid, aankopers en retailers, consumenten en boer en tuinders zelf.”

Specifieke maatregelen die land- en tuinbouwbedrijven beschermen tegen de uitwassen van de markt zijn volgens haar broodnodig om faire prijzen voor voedsel te vrijwaren. “Beter loon naar werk voor de boer is ook een garantie op de verdere verduurzaming van de sector”, vervolgt De Becker. “Tegenwoordig werken boeren en tuinders in een steeds meer verstedelijkte context en zijn er almaar meer verwachtingen op vlak van bijvoorbeeld milieu, natuur en landschap. Dit is zowel een uitdaging als een opportuniteit. De voorbije decennia legden we al een heel traject af om de duurzaamheid van landbouw te verbeteren. Per eenheid product behoort de milieu-impact van de Vlaamse land- en tuinbouw tot de laagste in de wereld. Vooruitgang kunnen we alleen blijven boeken op voorwaarde dat onze boeren en tuinders een correcte vergoeding krijgen voor de producten en diensten die ze leveren.”

Beeld: Loonwerk Defour

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek