België wil geen 'race to the bottom' zoals in Duitsland
nieuwsTijdens een bezoek aan Duitsland hebben de ministers Vande Lanotte en De Coninck de arbeidsvoorwaarden in de Duitse vleesindustrie aangeklaagd, en de oneerlijke concurrentie die daaruit voortvloeit. Ook in de Belgische economie dringen oplossingen zich op voor laaggeschoolde jobs. Bij Westvlees loopt een pilootproject waardoor werknemers taken kunnen uitvoeren die verdwenen waren door de concurrentie met Duitsland.
Het slachthuis Westvlees in Westrozebeke is bereid om 15 jonge mensen zonder middelbaar diploma aan te werven. Het bedrijf zal daarbij gebruikmaken van het bestaande ‘Activapan’, een federale tewerkstellingsmaatregel. Westvlees engageert zich om samen met de VDAB en een aantal gemeentelijke diensten deze jongeren aan te trekken.
De werknemers zullen taken uitvoeren die verdwenen waren door de concurrentie met Duitsland. Door gebruik te maken van het Activaplan zijn de kosten voor het bedrijf beduidend lager dan gewoonlijk en voor de werknemers is er een netto loon tussen 1.350 en 1.400 euro weggelegd. Dit moet het pilootproject worden voor de algemene aanpak van laaggeschoolde arbeid door de federale overheid.
Want in onze economie moet er plaats blijven voor mensen die minder geschoold zijn, eventueel minder productief zijn of, door een aantal tegenslagen in hun leven, niet onmiddellijk aan 100 procent inzetbaar zijn. In Duitsland werden om die reden de minimumlonen afgeschaft. Het aantal mensen die werken en desondanks arm zijn, is hierdoor fors gestegen. Die oplossing willen de bevoegde ministers Johan Vande Lanotte (Economie) en Monica De Coninck (Werk) in ons land niet.
Om concurrentieel te blijven, worden in Duitsland massaal goedkope arbeidskrachten geïmporteerd, al dan niet uit de EU. Bulgaren, Roemenen, maar ook mensen uit Oekraïne bijvoorbeeld. Die mensen werken in Duitsland in een parallelle arbeidsmarkt aan Oost-Europese voorwaarden. Er worden geen regels overtreden omdat er eenvoudigweg geen regels zijn die deze praktijken verbieden.
Naar schatting een half miljoen mensen zou in deze slechte omstandigheden in Duitsland werken. Door de sociale dumping in Duitsland en de deloyale concurrentie die daaruit voortvloeit, hebben de Franse, Nederlandse, Deense en Belgische vleesindustrie massa’s jobs verloren.
In België nemen de overheid en het bedrijfsleven zelf het heft in handen om dit te counteren, maar ondertussen is het duidelijk dat ook in Europa één en ander moet bewegen. Tijdens het bezoek aan Duitsland hebben de Belgische ministers en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven daarom gepleit voor het invoeren van Europese minimumlonen, om een “race to the bottom” die alleen verliezers oplevert, te vermijden.
Beeld: VRT