Vlaanderen telt minder, maar wel grotere biobedrijven
nieuwsHet Vlaams areaal biolandbouw kende van 1994 tot 2001 een gestage opmars. Vooral na de dioxinecrisis van begin 1999 piekte de sector. Sinds 2001 ging het bergaf met de oppervlakte voor biologische teelt en daalde het bio-areaal met een vijfde. Die trend is gekeerd. Maar in vergelijking met andere EU-landen scoort Vlaanderen bedroevend slecht. Bij ons schommelt de oppervlakte biolandbouw rond 0,5 procent van het totale landbouwareaal. Het EU-gemiddelde bedraagt 3,5 procent, sommige landen zoals Oostenrijk en Zweden halen meer dan 10 procent.
De totale Vlaamse biomarkt realiseert volgens de meest recente cijfers van 2005 een omzet van 276 miljoen euro, bijna 20 miljoen euro meer dan in 2004. Over de consumptie van bioproducten is het rapport van de overheidsdienst niet volledig. Voor alle onderzochte productcategorieën blijkt wel dat de consumptie daalt, met uitzondering van biologische rijst en jam. In de totale verkoop vertegenwoordigen de biologische producten 1 procent. De Vlaming koopt meer bio in de supermarkt, dan op de markt, in de biospeciaalzaak of in de hoevewinkel.
Uit de cijfers blijkt ook dat de Vlaamse regering vorig jaar 2,6 miljoen Vlaams overheidsgeld uittrok voor de biosector, 200 miljoen meer dan in 2005 en 700 miljoen meer dan in 2003, het laatste volledige jaar van de vorige paarsgroene legislatur. Ook de EU-steun voor de Vlaamse biologische land- en tuinbouwbedrijven steeg.
Ondanks de steun van 15.000 euro die de Vlaamse overheid gemiddeld aan een bioboer geeft, zijn weinig traditionele landbouwers bereid de overstap te maken. "Nog méér subsidie geven is onmogelijk", zegt Joris Relaes van het kabinet van Vlaams landbouwminister Leterme. Volgens Marianne Vergeyle sporen de beroepsorganisaties, zoals de Boerenbond, hun leden niet genoeg aan. "De schrik voor het onbekende is te groot", zegt zij.(MP)