Schauvliege voert strijd voor betere waterkwaliteit op

De Vlaamse regering zet het licht op groen voor een aantal bijkomende maatregelen om de waterkwaliteit in Vlaanderen te verbeteren. Volgens de kaderrichtlijn Water moeten de EU-lidstaten zo’n beheerplannen opstellen. Vlaams minister Joke Schauvliege erkent dat Vlaanderen daarin nog een lange weg moet afleggen.
8 oktober 2010  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:56
Lees meer over:

De Vlaamse regering zet het licht op groen voor een aantal bijkomende maatregelen om de waterkwaliteit in Vlaanderen te verbeteren. De maatregelen maken deel uit van de stroomgebiedbeheerplannen voor Schelde en Maas. Volgens de kaderrichtlijn Water van de EU moeten alle lidstaten zo’n beheerplannen opstellen. Vlaams minister Joke Schauvliege erkent dat Vlaanderen daarin nog een lange weg moet afleggen.

De kaderrichtlijn Water legt de EU-lidstaten een aantal strenge doelstellingen op. “Vlaanderen moet nog veel inspanningen leveren om daar aan te voldoen”, erkent Vlaams minister van Leefmilieu en Natuur Schauvliege. De lidstaten moeten ‘een goede watertoestand’ voor de Europese stroomgebieden nastreven. Hiermee wordt volgens Schauvliege zowel verwezen naar een goede waterkwaliteit als naar een verbetering van de kwaliteit van de waterbodems, de hoeveelheid oppervlakte- en grondwater en de flora en fauna in en rond de waterlopen.

“Het oppervlakte- en grondwater in Vlaanderen staan onder druk”, stelt Schauvliege. “De oorzaken daarvan kennen we, zoals de sterke verstedelijking, de hoge graad van industrialisatie, de intensieve landbouw en de historische verontreiniging in de waterbodem. Door de vele toepassingen waarvoor oppervlakte- en grondwater gebruikt wordt, moet ook de waterhoeveelheid in het oog gehouden worden.”

“Door de klimaatverandering zullen de problemen nog toenemen. De gevolgen van meer neerslag in de winter en lange droogteperiodes met hevige regenvlagen in de zomer wijzen er al op dat we meer nood hebben aan overstromingsgebieden en waterbekkens”, voegt Schauvliege toe.

Om de toestand van het oppervlakte- en grondwater te verbeteren zal de Vlaamse regering de komende zes jaar extra maatregelen nemen. Voorbeelden daarvan zijn de aanleg van bufferstroken, de sanering van waterbodems, het herstel van de oorspronkelijke structuur van waterlopen, de opheffing van vismigratieknelpunten, de aanleg van overstromingsgebieden en de optimalisering van de afvalwatersanering.

“Enkele van deze maatregelen hebben een zeer hoog kostenplaatje”, erkent Schauvliege. “Daarom werken we gebiedsgericht in 21 speerpuntgebieden. In die gebieden zullen de inspanningen gebundeld worden tot ‘integrale waterprojecten’, waarbij alle betrokkenen samenwerken. Tegen 2015 willen we in zeven gebieden een ‘goede waterstaat’ bereiken en in nog eens acht gebieden bijna.”

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek