Nederlandse tuinbouw wil extra EHEC-crisismaatregelen

In Nederland zijn vier tuinders failliet gegaan als gevolg van de EHEC-crisis. De sector vraagt in een brief aan premier Mark Rutte zowel nationaal als in EU-verband aanvullende maatregelen om te voorkomen dat meer bedrijven volgen. De tuinders en handelaars pleiten voor een nieuwe opkoopregeling, een vergoeding voor direct aantoonbare schade en het direct beschikbaar stellen van Europese promotiegelden.

De Nederlandse tuinbouwsector heeft de hulp ingeroepen van het kabinet om de enorme gevolgen van de EHEC-crisis op hun bedrijven op te kunnen vangen. Tomaten, paprika’s, komkommers en sla brengen nog steeds erbarmelijk lage prijzen op en het einde van de marktellende is nog niet in zicht.

Met het oog op de Europese landbouwraad van 19 juli in Brussel vraagt het bedrijfsleven om drie maatregelen. Als het marktherstel langer uitblijft, is een nieuwe opkoopregeling nodig die met terugwerkende kracht begint op 1 juli en doorloopt tot 1 september. Daarnaast pleiten tuinders en handelaren voor een vergoeding van de direct aantoonbare schade die zij hebben geleden. Die schade is tot en met 8 juli opgelopen tot 135 miljoen euro voor de telers en circa 80 miljoen euro voor de handel. 
  
Voorts verzoeken zij het kabinet om er voor te zorgen dat Europese promotiegelden direct beschikbaar komen. "Op korte termijn kunnen dan afzetcampagnes worden gevoerd om het consumentenvertrouwen op de Duitse markt te herstellen", motiveert de sector. In Duitsland blijft de vraag naar saladegroenten nog steeds 10 tot 20 procent achterop hinken. Die vraaguitval heeft negatieve invloed op de prijsvorming van de producten die nog wel de weg naar de markt vinden.
 
De EHEC-crisis lijkt uit beeld verdwenen, maar landbouworganisatie LTO-Nederland benadrukt dat de tuinders er op het hoogtepunt van hun afzetseizoen nog middenin zitten. "De tuinders zitten echter niet bij de pakken neer", zegt Nico van Ruiten van LTO Glaskracht. "Ze zijn druk bezig met marktbeheerplannen om de vervolgschade te beperken." Die plannen behelzen onder meer het voorkomen van voorraadvorming door het uit de markt halen van producten. Zo blijven verse producten voor consumenten over, die tegen redelijke prijzen voor telers en consumenten in de markt gezet worden.