In zes van de 27 lidstaten daalde het landbouwinkomen
nieuwsEind vorig jaar becijferde Eurostat de stijging van het Europees landbouwinkomen in 2010 op 12,3 procent. Een tweede raming stelt dit cijfer bij naar 12,6 procent. In Denemarken was de stijging vorig jaar het grootst (+56,6%). Ook in België ging het landbouwinkomen er meer dan gemiddeld (+24,7%) op vooruit. Zes lidstaten schreven rode cijfers, daarbij het Verenigd Koninkrijk (-6,4%), Italië (-2,8%), Griekenland en Roemenië (allebei -3,5%).
De stijging van het Europese landbouwinkomen (+12,6%) kan uitgesplitst worden in een stijging van 13,3 procent in de 15 oude lidstaten en van 7,2 procent in de twaalf nieuwe lidstaten. Sterkste stijger Denemarken wordt gevolgd door Estland (+ 46,3%), Nederland (+39%), Frankrijk (+34,4%), Zweden (+28,4%), Ierland (+27,5%) en Bulgarije (+26,7%) en België (+24,7%). Een jaar eerder daalde et inkomen van de Europese boeren en tuinders nog met 10 procent.
België behoort tot de groep van 19 lidstaten waar het landbouwinkomen in 2010 hoger lag dan in 2005. Het Belgisch landbouwinkomen doet het met plus 34 procent zelfs bovengemiddeld goed op middellange termijn. Alleen land- en tuinbouwers in Luxemburg, Denemarken, Italië, Griekenland, Cyprus, Roemenië en Slovenië boerden er op achteruit in vergelijking met 2005. In de 27 EU-lidstaten samen maken landbouwsubsidies (met een totale waarde van 55 miljard euro) 42 procent van het landbouwinkomen uit.
De totale productiewaarde van de Europese land- en tuinbouw steeg met 3,9 procent. Dat is volledig te danken aan hogere prijzen voor dierlijke en plantaardige producten want in volume daalde de landbouwproductie met 1,5 procent. Eurostat becijferde ook dat de arbeidsinput vorig jaar met 1,5 procent daalde.
Meer info: EU agricultural income