"Begrip voor moeilijke situatie bij melkveehouders"

De zuivelindustrie zegt alle begrip te hebben voor de moeilijke situatie waarin de melkveehouders zich bevinden. "De huidige prijzen zijn niet in staat om een inkomen te genereren voor de melkveehouders". De industrie is bereid om verder in overleg te treden met de landbouworganisaties. Dat verklaart Renaat Debergh van BCZ.
13 juni 2009  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:49
Lees meer over:

De zuivelindustrie zegt alle begrip te hebben voor de moeilijke situatie waarin de melkveehouders zich bevinden. "De huidige prijzen zijn niet in staat om een inkomen te genereren voor de melkveehouders". De industrie is bereid in overleg te treden met de landbouworganisaties. Dat verklaart Renaat Debergh van BCZ in een reactie op het protest van het Agrofront.

"Ik begrijp dat de melkveehouders ook kijken naar de zuivelindustrie om oplossingen te bedenken en uit te werken. De huidige zuivelmarkt laat echter niet toe om hogere melkprijzen te betalen. De zuivelindustrie is niet in staat om de markt te reguleren zoals de Europese overheid dit 40 jaar deed met een arsenaal aan reglementen en budgettaire middelen. Bovendien moeten de concurrentieregels gerespecteerd worden", aldus Renaat Debergh, afgevaardigd- bestuurder van BCZ.

Een recente studie van FOD economie heeft volgens de federatie aangetoond dat de marges in de zuivelindustrie 40 procent lager zijn dan die van de voedingsindustrie. BCZ stipt bovendien aan dat enkel de marge van de melkerijen exact kon becijferd worden. "Neem de jaarrekening bij de Nationale Bank en je hebt alle cijfers".

De methode die de onderzoekers hanteerden, laat niet toe om de winst van de supermarktketens op melk en zuivelproducten te ramen. "Als de landbouworganisaties echt inzage willen krijgen in de marges van de grootwarenhuizen, dan zal een andere aanpak bedacht moeten worden. Als men dat niet wil, dan hoeft het niet meer voor mij. Ik heb geen zin om alleen in mijn blootje te staan", zegt Debergh.

De kerntaak van de zuivelindustrie bestaat volgens het BCZ uit het zorgen voor een stabiele afzet die mogelijk maakt dat alle melk wordt opgehaald en het zorgen voor een stabiele geldstroom naar de melkveehouders. "De zuivelindustrie moet ten allen tijde belangrijke volumes melk kunnen commercialiseren. Dit is niets steeds evident in deze tijden", zo klinkt het.

Volgens de federatie zijn de melkleveringen in België de voorbije maanden bovendien aanzienlijk gestegen. "Uiteraard wordt gepoogd om een zo hoog mogelijke melkprijs te betalen zonder de toekomst van de zuivelindustrie in het gedrang te brengen. Dit laatste is niet denkbeeldig. Zo verkeren onder meer in Frankrijk en Groot-Brittannië zuivelbedrijven in zeer zware moeilijkheden", weet Debergh.

In het kader van risicobeheer heeft BCZ aan haar leden aangeraden om maatregelen te nemen met betrekking tot de inning van de superheffing in de lopende campagne. Deze maatregelen bestaan er in om bij grote overschrijding van het quotum het melkgeld in te houden als voorschot op de superheffing. Wanneer ons land geen superheffing moet betalen, zal dit bedrag terugbetaald worden.

De zuivelindustrie is volgens de Europese regels verantwoordelijk voor het innen van de superheffing. Wanneer een leveraar niet in staat zou zijn om zijn superheffingsbedrag te betalen dan komt dit ten last van de zuivelgroep. "Het zou onaanvaardbaar zijn dat dit ten nadele van de melkprijs voor de andere leveraars zou komen", meent Debergh.

Tijdens haar jaarvergadering liet BCZ reeds verstaan dat de federatie voluit meewerkt aan het opstellen van een gedragscode met betrekking tot de relatie tussen de kopers en leveraars van melk. "Het is goed dat wij dit werk nu reeds aangevat hebben vooraleer de melkquota volledig verdwenen zijn. Volgende week hopen we reeds tot een eerste akkoord te komen", aldus de federatie.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek