"Akkerranden cruciaal voor nuttige insecten en bijen"

Tijdens Agriflanders vond de studiedag 'Functionele agrobiodiversiteit, nuttige insecten voor land- en tuinbouw' plaats. Er werd ingegaan op de rol die insecten kunnen spelen als natuurlijke plaagbestrijders en het belang van (bloemenrijke) akkerranden om nuttige insecten meer overlevingskansen te geven.
21 januari 2011  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:58
Lees meer over:

Tijdens Agriflanders organiseerden de provincie Oost-Vlaanderen, de Provinciale Landbouwkamer en Proclam vzw de studiedag 'Functionele agrobiodiversiteit, nuttige insecten voor land- en tuinbouw'. Er werd ingegaan op de rol die insecten kunnen spelen als natuurlijke plaagbestrijders en het belang van (bloemenrijke) akkerranden om nuttige insecten meer overlevingskansen te geven.

“Binnen een ecologische bedrijfsvoering speelt de functionele biodiversiteit een sleutelrol”, start Joachim Moens van de UGent zijn uiteenzetting over nuttige insecten in de akkerbouw. Hij gaf een overzicht van de belangrijkste insectengroepen die een essentiële rol spelen in deze functionele biodiversiteit. Moens maakte duidelijk hoe insecten als gaasvliegen, lieveheersbeestjes, roofwantsen, sluipwespen en zweefvliegen bijdragen in de onderdrukking van plagen. “Omdat voor bepaalde plagen en ziekten nog altijd een chemische bestrijding nodig zal zijn, en bij falen van de ‘ecologische’ aanpak, ging Moens ook dieper in op de effecten van insecticiden op nuttige insecten.

Natuurlijke vijanden van plaaginsecten krijgen extra kansen als landbouwpercelen omgeven worden door akkerranden als een bloemenrijke graanrand. “Akkerranden zijn waardevol voor natuur en landschap en dragen bij aan het verbeteren van de waterkwaliteit”, verklaart Femke Temmerman van het Interprovinciaal Proefcentrum voor de Biologische Teelt (PCBT) te Beitem. “Daarnaast zijn ze een belangrijke schakel in de vorming van een natuurlijk netwerk dat voedsel, beschutting, nest- en overwinteringsplaatsen biedt aan een grote diversiteit aan organismen”, weet Temmerman.

“In en langs de randen van akkers worden vaak de belangrijkste ecologische waarden van het perceel vastgesteld”, benadrukt Bert Van Gils van het ILVO (Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek). “Akkerranden kunnen ook dienst doen als bufferzone tegen de verspreiding van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen naar de omgeving.” Door tegelijkertijd de ontwikkeling van populaties geleedpotigen op te volgen in een bloemenrijke graanrand en een nabij gelegen grasberm langs eenzelfde perceelsrand, werd de meerwaarde van de aanwezigheid van bloeiende planten in een akkerrand bestudeerd door wetenschappers van het ILVO.

Marian Liberloo van de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) benadrukte in dat kader de win-win situatie voor landbouw, milieu en natuur door het sluiten van vrijwillige beheerovereenkomsten met landbouwers. In ruil voor een jaarlijkse vergoeding helpt de landbouwer mee de kwaliteit van het milieu, de natuur en het landschap te behouden of verbeteren via verschillende pakketten op maat van het bedrijf. In het Solabio-project worden de bestaande beheerovereenkomsten van de VLM getest op effectiviteit en wordt er geëxperimenteerd met nieuwe maatregelen.

“Honingbijen en wilde bijen zijn een onmiskenbare schakel in het hele landbouwgebeuren, zeker inzake bestuiving voor de ontwikkeling van vruchten en gewassen spelen zij een cruciale rol”, zeggen Pieter Verdonckt van Proclam vzw en Tim Van Gheem van de provincie Oost-Vlaanderen. “De laatste jaren wordt een achteruitgang opgemerkt van zowel wilde- als honingbijen”, betreuren zij. Hiervoor worden verschillende oorzaken genoemd, maar versnippering en verlies aan habitat wordt als één van de belangrijkste oorzaken gezien met een éénzijdig of gebrekkig voedselaanbod voor de bijen tot gevolg.

Net daarom werden zowel door de Procincie Oost-Vlaanderen als door Proclam vzw bloemenranden voor meer pollen en nectar ingezaaid in samenwerking met landbouwers. Omdat bij het nemen van maatregelen voor bijen vaak de 360 soorten wilde bijen vergeten worden, besloot Proclam om samen met de UGent een kleinschalig experiment op te zetten. Hierbij werden vier verschillende types bloemenmengsels uitgetest bij zes landbouwers in de provincie. Het experiment maakt deel uit van een grotere communicatiecampagne gericht naar landbouwers en met de doelstellingen om beleidsmakers ervan bewust te maken dat stuifmeel- en nectarranden nuttig zijn als milieumaatregel om de biodiversiteit in het agrarisch landschap te vergroten.

Alle presentaties zijn terug te vinden op de website van de provincie Oost-Vlaanderen.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek