Wilgen, hennep en enzymes halen PFAS uit bodem en grondwater in uniek saneringsproject
nieuwsBrandweeropleidingsinstituut Campus Vesta in Antwerpen en bouwbedrijf C-biotech zijn gestart met een innovatief saneringsproject, waarbij PFAS-vervuiling door middel van wilgen, hennep, enzymes en schimmeldraden (mycelium) uit de grond wordt gehaald. Deze totaalaanpak, waarbij bodem en grondwater worden gesaneerd, is uniek in de wereld.
Tot 2011 heeft het opleidingsinstituut van de provincie Antwerpen voor zijn brandweeropleidingen PFAS-houdend blusschuim gebruikt. Door hun snelle en sterke bluskracht waren dergelijke fluorhoudende schuimen sinds de jaren '60 van de vorige eeuw standaard in brandbestrijding. Hierdoor is een deel van de terreinen van Campus Vesta vervuild geraakt met PFAS. Om komaf te maken met deze historische vervuiling is Campus Vesta, als autonoom provinciebedrijf gesteund door de provincie Antwerpen, in het proefproject van het Oost-Vlaamse bedrijf C-biotech gestapt. C-biotech biedt duurzame oplossingen voor de bouwsector en maakt deel uit van het Kenniscentrum Innovatieve Saneringstechnieken (KIS), een samenwerkingsverband tussen overheden, kennisinstellingen en bedrijven. KIS werd opgericht om Vlaanderen koploper te maken in de aanpak en sanering van chemische verontreiniging in bodem, water en lucht.
“Biologische afbraakmethoden voor PFAS zijn een veelbelovend onderzoeksgebied”, vertelt gedeputeerde Jan De Haes. “Door externe expertise in te roepen bij het ecologisch bestrijden van vervuiling, werken we aan een biodiverse, klimaatveilige provincie.” Dat dit unieke project op de terreinen van Campus Vesta kan doorgaan, heeft te maken met drie verschillende factoren. Door de grote oppervlakte zijn er veel mogelijkheden om te experimenteren met verschillende technieken. Bovendien is de zone met PFAS-vervuiling duidelijk afgelijnd. Een derde factor zijn de relatief stabiele PFAS-waarden.
Wilgen, hennep en enzymes op de campus
De rode draad in het saneringsproject is fytoremediatie. Dat zijn technieken die gebruikmaken van planten en de bijhorende micro-organismen om verontreiniging in bodem en grondwater op te vangen, te verwijderen, om te zetten en te degraderen. Fytoremediatie verschilt van andere biologische saneringstechnieken omdat hier levende micro-organismen gebruikt worden in combinatie met levende planten.
In de aanloop naar het toepassen van deze innovatieve technieken heeft Campus Vesta in april al 1.500 wilgen aangeplant. In juni werd op een veld naast de oefenplaats voor brandbestrijding (industriële) hennep gezaaid en werden plantenvakken voor de ontwikkeling van enzymes geplaatst.
Wilgen en hennep trekken PFAS als het ware uit de grond en slaan deze stof op in hun blad. Ze doen dit elk op hun eigen manier. Omdat de wortels van een wilg tot op het grondwaterniveau doorgroeien, kan deze boom per dag tot 200 liter water uit de grond opzuigen. Het water stroomt naar de bladeren en verdampt. De PFAS blijft achter in de bladeren. Die worden ‘geoogst’ nog voor ze op de grond kunnen vallen. Daarna worden de bladeren experimenteel behandeld met technologieën waarbij de PFAS wordt vernietigd.

Boeren enthousiast over inzetten hennep tegen bodemvervuiling door PFAS
26 september 2022Hennep werkt anders. Het pakt vooral de PFAS-vervuiling in het minder diepe, vaste deel van de bodem aan. De hennepplanten groeien heel snel, in ideale weersomstandigheden zo’n drie centimeter per dag. Net zoals bij de wilgen zal PFAS zich ook bij hennep in de bladeren concentreren. Bij het afrijden van de planten worden de bladeren en stengels gescheiden. De bladeren worden vernietigd. De PFAS-vrije stengels kunnen worden gebruikt als grondstof voor circulaire bouwmaterialen. Bovendien wordt er ook CO2 in opgeslagen, wat nuttig is in de strijd tegen de klimaatopwarming. Behalve wilgen en hennep plaatste C-biotech ook plantenvakken waarin enzymes zich kunnen ontwikkelen. Deze plantenvakken bevinden zich boven de ondergrondse waterbuffering, zodat er geen interactie is met het onderliggende grondwater.
Triple win
Het project zou dus een triple win bieden: behalve het saneren van bodem en grondwater, levert het ook een bijdrage aan de circulaire economie en aan de strijd tegen de klimaatopwarming. Daarnaast heeft deze natuurlijke saneringsmethode als voordeel dat ze volledig op zonne-energie werkt en er dus geen pompen of andere energiebronnen nodig zijn. Nadeel is dat het veel tijd vergt, soms meerdere jaren. Het project zit ook nog in een studiefase. Het is zeker nog drie jaar wachten op resultaten. “Maar dit project heeft de ambitie om uit te groeien tot het leidende Europese living lab in Europa”, aldus Erik De Bruyn, projectmanager bij C-biotech.

Beeld: Campus Vesta