Waarom leren gangbaar en bio te weinig van elkaar?

Om de landbouw duurzamer te maken, is er nood aan systeeminnovaties. Dat vraagt van de landbouwer dat hij openheid toont voor nieuwe dingen en bereid is te leren. Omdat veranderingen vaak worden tegengehouden door een gebrekkige leercapaciteit heeft de Afdeling Monitoring en Studie (AMS) van de Vlaamse landbouwadministratie onderzocht welke fasen in leren er bestaan en op welke manier er kan ingegrepen worden opdat gangbare en biologische landbouw meer van elkaar kunnen leren.
11 april 2014  – Laatste update 4 april 2020 15:15
Lees meer over:

Om de landbouw duurzamer te maken, is er nood aan systeeminnovaties. Dat vraagt van de landbouwer dat hij openheid toont voor nieuwe dingen en bereid is te leren. Omdat veranderingen vaak worden tegengehouden door een gebrekkige leercapaciteit heeft de Afdeling Monitoring en Studie (AMS) van de Vlaamse landbouwadministratie onderzocht welke fasen in leren er bestaan en op welke manier er kan ingegrepen worden opdat gangbare en biologische landbouw meer van elkaar kunnen leren.

AMS is ervan overtuigd dat er leerkansen bestaan in beide richtingen: zowel de gangbare landbouw kan leren van de biolandbouw als omgekeerd. Naast landbouwers kunnen ook onderzoekers actief in beide landbouwsystemen van elkaar leren om landbouw zo duurzamer te maken. Om hier verandering in te brengen, is het eerst en vooral noodzakelijk om te begrijpen hoe leren in de praktijk werkt.

Zo zijn er drie leerordes met elk een eigen focus. Eerste orde leren richt zich op efficiëntieverbeteringen en gaat na of dingen goed worden gedaan. Tweede orde leren richt zich op effectiviteitsverbetering en gaat na of de goede dingen worden gedaan. En derde orde leren tot slot gaat over het beter functioneren van het huidige kennissysteem: wat kunnen we leren over de wijze waarop we nu leren en als kennis beschouwen.

“Hogere ordes van leren zijn minder gemakkelijk te bereiken. Biologische landbouw beschouwen als systeem of als voorraadschuur van duurzame technieken is daarom een belangrijk onderscheid. Technieken overnemen kan perfect gebeuren binnen een verbeterde efficiëntie in de eigen productiebenadering. Dat geldt zowel voor biologische als voor gangbare landbouw. Maar het huidige gangbare en biologische landbouwkennissysteem vertonen een aantal kenmerken waardoor verschillende leerkansen niet gegrepen worden”, legt AMS uit.

Eerste orde leren gaat het gemakkelijkst. “Binnen deze orde zijn kennisevents zoals studiedagen belangrijk. Zij hebben als voordeel dat ze in één keer veel landbouwers kunnen bereiken. Nadeel is dan weer dat ze te weinig zijn afgestemd op individuele behoeften en leerstijl van landbouwers”, klinkt het. Een manier om de impact te vergroten, kan zijn om meerdere kanalen in te zetten om dezelfde boodschap over te brengen. Daarom raadt de Vlaamse landbouwadministratie aan om de Vlaamse en internationale kennis beter te ontsluiten, om zo de lacunes in de Vlaamse biolandbouwkennis gedeeltelijk op te vangen. “De kennis moet dus toegankelijker en beter begrijpbaar worden gemaakt.”

Een voorbeeld van tweede orde leren, is de omschakeling van gangbaar naar biologisch. “Dat betekent dat bekende werkwijzen en technieken worden verlaten en nieuwe wegen worden bewandeld”, zegt AMS. “Om de interesse en openheid voor biolandbouw te creëren, is het belangrijk dat deze sector positief naar buiten komt in beeld, woord en daad. Daarbij moet er niet alleen aandacht zijn voor landbouwers, maar ook voor adviseurs en andere erfbetreders.”

Volgens AMS is het daarom noodzakelijk om te focussen op gelijkenissen tussen beide landbouwsystemen in plaats van de verschillen te benadrukken. “Andere oplossingen of benaderingen zien, kan prikkelen om het zelf ook anders te doen”, luidt het. Om die reden vindt de administratie het belangrijk om gemeenschappelijke kennis te ontwikkelen in plaats van kennis om te zetten naar het andere systeem. “Structurele partnerschappen die gangbare onderzoekers in contact brengen met bio-onderzoekers en omgekeerd, bestaan vandaag niet.”

Tot slot moet er ook ingegrepen worden in de manier waarop vandaag kennis wordt opgedaan. “Het huidige kennissysteem stimuleert onderzoekers om veilig onderzoek te doen. Dat onderzoek levert hen snel veel publicaties en wetenschappelijke erkenning op. Bij onderzoekers leeft nu de perceptie dat er weinig kansen zijn voor biologisch landbouwonderzoek door een gebrek aan die wetenschappelijke erkenning”, legt AMS de vinger op de wonde. De dienst raadt daarom aan om biologisch onderzoek maatschappelijk meer te waarderen.

“Bij onderzoekers bestaat er vaak weerstand naar vraaggedreven, multi-, inter- en transdisciplinaire onderzoek, wat biologisch onderzoek vaak is. Ze hebben het met andere woorden moeilijk om buiten de logica van hun eigen werk- en denkkaders te treden”, luidt het. Daarom vraagt AMS dat de overheid, gebruikerscommissies, financieringsinstellingen en andere stakeholders de hervorming van het kennissysteem aanmoedigen en ondersteunen.

“Dat vraagt uiteraard de nodige aandacht, begeleiding en inspanning. Kennisactoren moeten ook de nodige tools en veilige ruimtes aangereikt krijgen en competenties kunnen verwerven om te leren omgaan met deze nieuwe complexiteit. Het is duidelijk dat dit een mentaliteitsverandering vraagt van de onderzoekers en landbouwers. Dat is een traag proces”, meent AMS. Daarnaast wijst de dienst er ook op dat het noodzakelijk is dat het onderwijs meer aandacht besteed aan de nieuwe kennisnoden en de competenties die hiermee samengaan, want zij vormen de landbouwers van morgen.

Meer info: Bio als leraar voor en leerling van gangbare landbouw

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek