Vermeende opdrachtgever moord Van Noppen naar Cassatie

Vercauteren werd op 14 oktober door de Antwerpse kamer van inbeschuldigingstelling (KI) naar het hof van assisen verwezen. Met hem werden ook Carl De Schutter, die het moordwapen leverde, tussenpersoon Germain Daenen en Albert Barrez, de uitvoerder van de moord, verwezen.

In september 1999 beval de Antwerpse KI zonder medeweten van Vercauteren drie- à vierduizend pagina's uit het dossier te "zuiveren", zeiden Hans Rieder en Bart De Geest, de advocaten van Vercauteren, vrijdag. Hun cliënt had nooit inzage in deze documenten. Vercauteren was toen immers nog niet officieel in verdenking gesteld.

Bij die stukken zaten de bekentenissen die De Schutter onder ede aflegde in Frankrijk. De documenten zouden volgens de advocaten de onschuld van Vercauteren kunnen bewijzen. De inhoud van deze stukken kennen de advocaten gedeeltelijk, omdat delen ervan in conclusies zijn blijven staan. "Onze cliënt heeft kan zich niet ten volle verdedigen, want de stukken die zijn onschuld aantonen, zijn uit het dossier gehaald voor hij in de procedure werd betrokken," aldus Rieder.

"We mogen die stukken ook niet inzien, want minister Verwilghen heeft deze zomer de strafprocedure laten wijzingen, waardoor documenten die eenmaal op de griffie zijn afgeleverd, door geen enkele partij of rechter nog ingezien of gebruikt mogen worden in de strafprocedure," zei Rieder.

"Daardoor riskeert onze cliënt ook veroordeeld te worden door een jury die geen kennis heeft van alle nodige informatie", stelden de advocaten. De kwestie overstijgt volgens de advocaten het belang van hun cliënt. "Dit is een nieuwe vorm van boekverbranding. Op die manier kan iedereen vervolgd worden. Men kan zo gewoon een dossier rond iemand opstellen en alle zaken die voor hem pleiten, eruit halen vooraleer de persoon in kwestie bij de procedure te betrekken. Dit schendt de rechten van de verdediging," vond De Geest.

Dinsdag 11 december vechten de advocaten de verwijzing van Vercauteren aan voor het Hof van Cassatie. Daarnaast hopen ze "dat er een maatschappelijk debat komt over hoe burgers in dit land kunnen vervolgd worden zonder dat ze hun verdediging in volle vrijheid kunnen voeren".

Ook Germain Daenen heeft Cassatieberoep aangetekend tegen zijn verwijzing.