"Tussentijds stikstofkader is zure appel waar we doorheen moeten"

Het tussentijds stikstofkader blijft de gemoederen beroeren. Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) en Vlaams minister van Landbouw Hilde Crevits (CD&V) beantwoorden daarom uitzonderlijk samen een aantal vragen in de Commissie Landbouw over de richtsnoeren en de houding van het Departement Landbouw en Visserij in vergunningsdossiers. “We moeten door deze zure appel heen, het is niet van willen maar van moeten”, zo klonk het.

2 juni 2021  – Laatste update 3 juni 2021 9:41
Lees meer over:

Het stikstofdossier bezorgt de Vlaamse regering al maanden kopzorgen. Het veelbesproken stikstofarrest van de Raad voor Vergunningsbetwistingen eind februari over een pluimveestal in Kortessem zette de bestaande Vlaamse stikstofregeling op losse schroeven. Om een grote vergunningsstop zoals in Nederland te vermijden, werkte de Vlaamse regering begin mei een tijdelijke regeling uit. Via een ministeriële instructie legde minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) strengere normen op, zowel voor de industrie als voor de landbouw.

Vooral van de landbouw wordt een grotere inspanning gevraagd om de ammoniakuitstoot te beperken. Vroeger kon een landbouwbedrijf een vergunning krijgen als de impact van de stikstofneerslag op de natuur in de buurt beperkt bleef tot maximaal vijf procent. Dat is sinds die ministeriële instructie aangescherpt tot nul procent. Elke aanvraag moet via een 'passende beoordeling' aantonen dat er geen negatief effect is op de omliggende natuur en desnoods moeten maatregelen worden genomen om de ammoniakuitstoot te verminderen. Demir vaardigde nadien nog richtsnoeren uit die een beoordelingskader voor de passende beoordeling aanreiken.

Demir en Crevits zij aan zij

Gezien het grote belang van het dossier en de impact die landbouwers op het terrein ervaren, kozen Vlaams omgevingsminister Demir en Vlaams landbouwminister Hilde Crevits (CD&V) ervoor om de parlementaire vragen over recente adviezen van het Departement Landbouw en Visserij over vergunningsdossiers te bundelen en samen te beantwoorden in de Commissie Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid.

Recent stelde De Standaard dat het Departement Landbouw en Visserij zich niet bij de richtsnoeren wil neerleggen. In verschillende adviezen die geformuleerd werden door gewestelijke of provinciale omgevingsvergunningscommissies nam de landbouwadministratie een minderheidsstandpunt in en liet het optekenen dat het niet meeging in de weigering van de vergunning door omgevingsvergunningscommissie in kwestie.

"Landbouwadministratie beoordeelt socio-economische aspecten van vergunningsdossiers"
Uitgelicht
De Standaard pakte uit met een artikel op de voorpagina dat stelt dat het Departement Landbouw en Visserij in recente adviezen over de vergunning van veestallen het politieke...
28 mei 2021 Lees meer

Een houding die de wenkbrauwen deed fronsen bij verschillende Vlaamse parlementsleden. Zowel Stefaan Sintobin (Vlaams Belang), Mieke Schauvliege (Groen) als Wilfried Vandaele (N-VA) interpelleerden zowel Demir als Crevits over de kwestie. Daarnaast was er ook een vraag van Tinne Rombouts (CD&V) over de richtsnoeren die zijn uitgevaardigd.

Minister Demir legde in de landbouwcommissie uit dat haar ministeriële instructie vertrekt vanuit het "voorzorgsprincipe". “Ik besef dat we de lat hoog leggen en dat de regels streng zijn, maar het is onze taak als regering om nu even voorzichtig te zijn”, stelt ze. Dat is volgens haar nodig om een algehele vergunningsstop te vermijden. “Bovendien moeten we zorgen dat er nu geen investeringen gebeuren waarvan we later moeten zeggen dat we ons vergist hebben”, klinkt het.

Ik besef dat we de lat hoog leggen en dat de regels streng zijn. Maar we moeten ervoor zorgen dat er nu geen investeringen gebeuren waarvan we later moeten zeggen dat we ons vergist hebben

Zuhal Demir - Vlaams minister van Omgeving (N-VA)

Ze wijst er bovendien dat de richtsnoeren die ze heeft uitgevaardigd ter verduidelijking van de ministeriële instructie geen geautomatiseerd toepasbaar beoordelingskader vormen voor haar diensten, maar wel richtlijnen zijn die helpen bij de opmaak en de beoordeling van de passende beoordeling. “Zowel de instructie als de richtlijnen moeten worden toegepast door de adviserende administraties en de lokale besturen”, aldus Demir in de Commissie.

De minister gaf ook dat ze contact heeft gehad met alle omgevingsvergunningscommissies die zich buigen over de ingediende vergunningsdossiers. Daaruit blijkt dat het Departement Landbouw en Visserij verschillende keren een minderheidsstandpunt heeft ingenomen wanneer de Provinciale of Gewestelijke Omgevingsvergunningscommissies een vergunningsdossier een negatief advies gaven omwille van de stikstofimpact. Daarbij liet het optekenen dat het “in afwachting van duidelijke en rechtszekere criteria over hoe de vergunningsverlening wordt aangepakt, niet wenst mee te gaan in het voorliggend voorstel tot weigering”.

Landbouwadministratie op de korrel?

De commentaren van de oppositie over deze houding van het departement waren niet mals. “Dat een administratie zo'n instructie niet volgt, tart elke verbeelding. Een administratie moet het beleid van de regering uitvoeren en niet tegenwerken”, zegt Wilfried Vandaele. “Dit is protest van de administratie tegen het beleid van de regering”, aldus Mieke Schauvliege. “Ik kan er absoluut niet bij dat dit de cultuur is die bij de landbouwadministratie leeft. Er is een traject nodig om die cultuur te veranderen.”

Ik ben het er fundamenteel mee oneens dat mijn diensten als onprofessioneel of tegendraads worden bestempeld omdat ze een autonoom advies geven

Hilde Crevits - Vlaams minister van Landbouw (CD&V)

Die commentaren schoten in het verkeerde keelgat bij minister Crevits. “Ik laat mijn administratie hier niet de grond inboren. Daar werken 100 mensen met een enorme expertise en met een grote autonomie. Het is goed dat parlementsleden kritisch naar de uitvoering van het beleid kijken, maar ik ben het er fundamenteel mee oneens dat mijn diensten als onprofessioneel of tegendraads worden bestempeld omdat ze een autonoom advies geven”, stelt ze.

De minister maakte ook duidelijk dat ze intussen overleg heeft gehad met haar administratie. “Daarin is uitgeklaard dat een advies altijd op maat en altijd zorgvuldig moet zijn. Loutere standaardzinnen formuleren zijn daarbij uit den boze”, aldus Crevits. Wel vraagt ze om enig begrip. “De adviesdiensten zijn twee keer in een nieuwe wereld terechtgekomen. Een eerste keer na de uitspraak van de Raad voor Vergunningsbetwistingen en een tweede keer na de ministeriële instructie en bijhorende richtsnoeren.”

Het is in dat kader dat het tweede positief advies voor de uitbreiding van de pluimveestal in Kortessem moet gezien worden. Het is dit dossier dat aan de basis lag van het gekende stikstofarrest van de Raad van Vergunningsbetwistingen dat het hele stikstofkader op de helling zette. “Dat advies werd gegeven voor het nieuwe voorlopige kader er was. Intussen is dit dossier in de bevoegde omgevingsvergunningscommissie bekeken en heeft het departement zich aangesloten bij het negatieve advies van de commissie en geen minderheidsstandpunt meer ingenomen”, aldus Crevits.

Ieder beoordeelt dossiers met zijn eigen insteek, maar tegelijk mogen we niet doen alsof de strengere stikstofregels niet bestaan

Zuhal Demir - Vlaams minister van Omgeving (N-VA)

Robuust kader dringend nodig

Ook Demir geeft aan dat ze de rol van de verschillende entiteiten in deze vergunningscommissies respecteert. “Ieder beoordeelt dossiers met zijn eigen insteek, maar tegelijk mogen we niet doen alsof de strengere stikstofregels niet bestaan”, zegt ze. Al laat ze ook weten dat we administraties de tijd moeten krijgen om zich de nieuwe regels uit te maken. Volgens de beide ministers is er de voorbije dagen en weken druk overleg gepleegd over de toepassing van de tijdelijke richtlijnen.

Beide ministers erkennen dat er snel een definitief stikstofkader moet komen. "We willen daar dit jaar nog mee landen", aldus Demir. “Dat kader moet robuust en rechtszeker zijn.” Het is volgens Demir ook belangrijk dat de landbouwsector, die zich nu geviseerd voelt, betrokken wordt bij het zoeken naar een stabiele oplossing. "Maar we moeten door deze zure appel heen. Het is niet van willen, maar van moeten", zegt de N-VA-minister. 

Landbouwers beseffen dat ze inspanningen moeten leveren, maar laat ze zelf de architect van hun toekomst zijn

Hilde Crevits - Vlaams minister van Landbouw (CD&V)

Voor landbouwminister Crevits is het belangrijk om de boeren in het dossier "te beschouwen als medestanders". “Ik wil het niet dat ze weggezet worden als zij die gestraft zullen worden of zij die de grote inspanningen zullen moeten leveren. Iedereen zal inspanningen moeten leveren, dus ook onze boeren”, zegt Crevits. “Dat beseffen ze, maar laat ze zelf de architect van hun toekomst zijn. Ze zullen mee het verhaal van verduurzaming moeten schrijven. Het is aan ons om de omkaderende regels te voorzien op basis waarvan individuele plannen beoordeeld moeten worden.”

Robuuste wetgeving is in dat verband cruciaal, zo meent ze. “Daarom moet er zo snel als mogelijk een definitief stikstofkader komen, maar dat kan enkel met een duidelijk flankerend en stimulerend beleid om de landbouwbedrijven tijdens deze evolutie te begeleiden en ondersteunen”, besluit Crevits.

Herbekijk hier het debat in de Commissie Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid (vanaf 00:44:10):

Bron: Eigen verslaggeving / Belga

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek