Topman Vincent Dewaele stapt op bij Oostendse vismijn

De 34-jarige Vincent Dewaele stapt op als afgevaardigd bestuurder bij de Oostendse vismijn. "De visserijsector is veel te versnipperd", waarschuwt de man bij zijn afscheid aan de sector. In de nieuwe structuur die de Vlaamse overheid creëert voor de Zeebrugse en Oostendse vismijn, ziet Dewaele geen rol voor zichzelf. 

Dewaele kreeg de leiding van de vismijn in handen na de turbulente periode waarin Freddy Pollet de beleidslijnen uittekende. "In de huidige neerwaartse markt is de extra belasting die we meeslepen uit het verleden moeilijk om te dragen", zegt Dewaele daarover in De Standaard. Hij doelt op het debacle met Ostend Premium Fish, de participatie in een Noorse rederij die op krabben zou vissen, en de samenwerking met IJsland, waarbij vis duurder werd gekocht in IJsland dan ze in Oostende werd verkocht.

"De hervorming die ik doorgevoerd heb, is geslaagd. Er is meer transparantie en we draaien break-even, maar er is geen ruimte om de opgelopen schulden te dekken. We konden de voorbije maanden wel zes Zeebrugse schepen overtuigen om hier te lossen. Niet met dure zakendiners, maar door met hen te praten en te wijzen op de troeven van de Oostendse vismijn: er zijn lange kades, een top-service en een directe verbinding met de zee", vertelt Dewaele.

Wat de toekomst betreft, ligt de uitdaging volgens Dewaele niet zozeer in het samenbrengen van twee vismijnen in één grote vismijn. "De visserij is meer dan het veilen van vis. De sector zou met een vloot van goed negentig schepen als één blok naar buiten moeten komen. Daarvoor moeten de Rederscentrale, de Stichting Duurzame Visserij, de vismijnen en de overheidsinstellingen één boodschap verkondigen", meent de afscheidnemende topman van de Oostendse vismijn.

Dewaele blijft nog tot 1 november aan de slag in zijn huidige functie. Daarna gaat hij in Congo een Luxemburgse holding leiden die onder meer actief is in vastgoed en de automobielindustrie.