Slachthuis De Coster dient dossier in tot hervergunning

Varkensslachthuis De Coster uit Ruiselede, dat deels in woon- en deels in industriezone ligt, heeft een nieuwe milieuvergunning klasse 1 aangevraagd omdat de Raad van State de milieuvergunning in 2009 nietig verklaarde. Het bedrijf wil met de nodige investeringen tegemoet komen aan de klachten over geur- en lawaaihinder. Pijnpunt blijft de verkeershinder, geeft de milieucoördinator in Het Laatste Nieuws toe.

Slachthuis De Coster is sinds jaar en dag gevestigd in de dorpskern van Ruiselede. Dat zorgt voor overlast voor de omwonenden die vinden dat het slachthuis daar niet thuishoort. Al 20 jaren voeren zij wegens geur-, lawaai en verkeershinder strijd tegen het slachthuis. De buurtbewoners trokken ook al drie keer naar de Raad van State. In de zomer van 2009 verklaarde die de milieuvergunning van het slachthuis nietig. Sindsdien ligt de bal in het kamp van de Vlaamse minister van Leefmilieu, maar tot nu toe nam Joke Schauvliege geen beslissing en kon het slachthuis aan het werk blijven.

Het slachthuis diende nu een dossier in tot hervergunning. Zo hopen ze met een schone lei, los van de uitspraak van de Raad van State, te herbeginnen. "Het gaat om een globale hernieuwing van de vergunning", weet Koen Van Coillie, extern milieucoördinator van het slachthuis. "Er is geen sprake van een uitbreiding van de slachtcapaciteit. Die wordt behouden op maximaal 325 ton varkens per dag of 100.000 ton levend materiaal per jaar."

Uit het dossier blijkt dat het bedrijf nog meer maatregelen plant om de overlast te beperken. Sinds 2009 werden al een aantal aanpassingen uitgevoerd. "Het bedrijf ligt deels in een woon- en deels in een industriezone. Een aantal functies werden van de woon- naar de industriezone verplaatst. Ook werd de loszone overkapt om de geur en het geluid van de varkens tijdens het lossen te dempen. De groenbuffer werd naar de woonzone toe uitgebreid", zegt milieucoördinator Van Coillie.

"Door de loskaai en de waterzuivering in te kapselen, beperkt de geuremissie zich nu tot het terrein zelf en maximum 150 meter verder", weet studiebureau Enviro+. "Bovendien is er geen sprake van hinderlijke slachthuisgeur, maar van een waterzuiveringsgeur. Op vlak van geluidshinder werd een geluidsmuur gebouwd. Uit metingen blijkt dat men op dit vlak nu voldoet aan de Vlaremwetgeving", verklaart het studiebureau.

Grootste moeilijkheid blijft het vrachtverkeer van en naar het slachthuis. "Doordat we niet uitbreiden, zal er ook geen extra transport bijkomen", verzekert Van Coillie. "Wel zijn we voorstander om de mobiliteit in de Bruggestraat aan te pakken en de straat te ontlasten door het centrum beter te ontsluiten. Een alternatieve ringweg rond het dorp, zodat het transport de dorpskern kan mijden, lijkt ons ideaal." Burgemeerster Greet De Roo acht die oplossing onhaalbaar en wacht liever de resultaten van een mobiliteitsstudie af.