Lidstaten rekenen op vereenvoudiging EU-landbouwbeleid

Over de hervorming van het Europese lastenboek voor biologische productie zijn de lidstaten het nog altijd niet eens geraakt, maar inzake de vereenvoudiging van het gemeenschappelijk landbouwbeleid wijzen de neuzen wel in dezelfde richting. Binnen de Raad van landbouwministers stelt men het op prijs dat Europees landbouwcommissaris Phil Hogan van administratieve vereenvoudiging een prioriteit maakt. Hij wordt er aan herinnerd dat de vergroeningsmaatregelen één jaar na hun implementatie reeds een evaluatie verdienen. Meer algemeen zijn de lidstaten vragende partij voor EU-wetgeving die beter te begrijpen is en eenvoudiger op het terrein te implementeren. Dat moet zowel de transparantie als de rechtszekerheid ten goede komen. Een 'echte' mid-term-review in 2017 zit er niet aan te komen.

Onder voorzitterschap van de Letse landbouwminister Janis Duklavs heeft de Raad van landbouwministers de prioriteiten bepaald voor de vereenvoudiging van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB). In maart was al gebleken dat er een groot draagvlak is voor vereenvoudiging van de vergroening van de eerste pijler (inkomenssteun aan landbouw, nvdr.) van het GLB. Zowel het behoud van blijvend grasland, de regels voor gewasdiversificatie als de invulling van de verplichte vijf procent ecologisch aandachtsgebied op akkerland zouden een facelift kunnen gebruiken.

Een zogenaamde mid-term-review, dat is een evaluatie van A tot Z van het Europees landbouwbeleid, komt er niet in 2017. Een aantal grote lidstaten vindt dat te snel komen na de grote hervorming waartoe in 2013 is besloten. Neemt niet weg dat de lidstaten op de Europese Commissie rekenen om met voorstellen ter vereenvoudiging te komen. Zo’n vereenvoudiging is volgens de Europese landbouwministers breed gedragen door EU-instellingen, nationale overheden, landbouwers en andere stakeholders. De Commissie wordt nog in de oren geknoopt dat het effectiever is om de administratieve eenvoud van wetgevende initiatieven in een vroeg stadium af te toetsen.

In de verklaring na de Landbouwraad wordt gehamerd op de principes van subsidiariteit en proportionaliteit, waarmee de lidstaten opkomen voor de vrijheid die ze hebben bij de implementatie van de Europese regels. Die vrijheid is noodzakelijk om rekening te kunnen houden met de specifieke situatie in een land of regio. Bovendien is zulk maatwerk een goede garantie op minder paperassenwerk en bijbehorende kosten voor landbouwers, producentenorganisaties en nationale overheden. Andere principes waar de vereenvoudiging van het GLB volgens de lidstaten respect voor moet opbrengen, zijn uiteraard de grote beleidsdoelstellingen van het hervormde landbouwbeleid, rechtszekerheid voor landbouwers (geen deregulering noch beperking van de toegang tot inkomenssteun) en consistente wetgeving.

Ook de landbouwcommissie van het Europees Parlement is momenteel bezig een rapport op te stellen over de vereenvoudiging van het landbouwbeleid. Gelijktijdig met de bijeenkomst van de landbouwministers vond er maandag in het parlement in Brussel een hoorzitting plaats over de vereenvoudiging van het landbouwbeleid, waarbij onder andere Via Campesina en de overkoepelende Europese landbouworganisatie Copa-Cogeca hun standpunten hebben herhaald.