Leghennenhouder en eierhandelaar: “Zelfvoorzieningsgraad eieren staat onder druk”
ReportageMet zo’n vier miljoen eieren per week behoort ‘t Munckenei tot de grotere pakstations in Vlaanderen. Vanuit het West-Vlaamse Wingene worden supermarkten in heel Vlaanderen bevoorraad. Het eierhandels- en verpakkingshuis groeide uit het eigen leghennenbedrijf van Stefaan Verhelle, en waar de West-Vlaming wel opvolging ziet voor de pluimveetak, maakt hij zich zorgen over de toekomst van het verpakkingsstation. “De beschikbaarheid van eieren in Vlaanderen wordt een probleem. We zijn niet langer zelfvoorzienend.”
Enkele Roemeense werknemers sorteren in Wingene de eierdozen en -trays die uit het verpakkingsstation van ‘t Munckenei rollen. Te kleine en kapotte eieren worden uitgesorteerd door sensoren en AI, en gaan naar de verwerkende industrie. De goede eieren belanden in de juiste verpakking voor supermarkten in heel Vlaanderen. Het pakstation en het gebouw eromheen dateren van 2021.
’t Munckenei verwerkt 3,5 miljoen eieren per week en staat daarmee in de top vijf van de grootste sorteer- en verpakkingstations van Vlaanderen. “Ons volume is verdubbeld in de voorbije drie jaar”, vertelt zaakvoerder Stefaan Verhelle (48). Een derde van het verwerkte volume komt uit eigen stal. Verhelle nam in 2001 het leghennenbedrijf van zijn schoonouders over en transformeerden in 2008 het huisvestingsysteem van kooi naar scharreleieren.
Parallel aan de overname zetten hij en zijn vrouw Hermine Steenhuyse de eierhandel op. “De marges zijn er groter”, vertelt de ondernemer die destijds dankzij de overname van een kleine, gevestigde eierhandel meteen een goede start nam. Vandaag worden de dagverse eieren van zijn 110.000 leghennen allemaal door ‘t Munckenei vermarkt. De rest komt van verschillende leghenbedrijven in de wijde omgeving. “Zo kunnen we een divers totaalpakket aanbieden, met vrije uitloop, scharreleieren en biologische eieren”, klinkt het.
Retail wil bruine eieren, boeren niet
Verhelle en ‘t Munckenei werken uitsluitend met bruine eieren. “De consumenten, en dus ook de supermarkten, lusten die liever. Nochtans legt een ‘witte’ kip meer eieren en eet ze tot zeven gram minder per dag, waardoor witte eieren eigenlijk duurzamer zijn. Maar, ze hebben het imago dat ze voor de industrie bestemd zijn, en dat de kippen in kooien gehouden worden”, verklaart de pluimveehouder-ondernemer.
Veel Vlaamse leghenbedrijven zijn door die betere voederconversie en het makkelijkere management van de dieren in recente jaren overgeschakeld naar witte leghennen en eieren. “Zo ontstaat er een onevenwicht, met een krap aanbod bruine eieren voor de consumentenmarkt als direct gevolg. We zijn daardoor al enkele jaren niet meer zelfvoorzienend en het wordt moeilijker om de supermarkten van bruine eieren te voorzien. Een andere uitdaging is het vinden van goede medewerkers”, klink het bij Verhelle, die in het pluimveebedrijf rekent op Roemeense handen.
Half november kan ’t Munckenei nog net de vraag van de supermarkten bijhouden. “De vraag stijgt traditioneel in de aanloop naar de feestdagen, maar nu zitten we al een aantal weken in de kerstpiek”, zegt de eierhandelaar. Hij verklaart dit onder andere doordat de consumptie van eieren sterk toeneemt. “Het idee dat eieren slecht voor de cholesterol zouden zijn, is verdwenen, en eieren komen in steeds meer diëten voor.”

Verwerkende industrie stuwt eierprijzen naar recordhoogtes
15 november 2024Oververhitte eiermarkt door vraag van verwerkers
Een eerder artikel op VILT ging dieper in op de eiermarkt, die op dit moment oververhit is, waardoor de prijzen door het dak gaan. Dit heeft behalve met de grote retailvraag vooral te maken met de honger van de eierverwerkers. Vogelgriepuitbraken in Oost- en Zuid-Europa creëerden een kleiner importaanbod, waardoor de eierprijzen op de lokale markt stijgen. Die prijzen worden wekelijks gezet op de notering van Kruisem en bedragen momenteel zo’n 13 euro. “Vóór corona kregen we lange tijd niet meer dan 6 euro”, aldus Verhelle, die de kostprijs van de eieren momenteel zo’n 10 euro schat.
Die eerdere jaren van slechte prijsvorming deden veel leghenhouders omschakelen naar braadkippen. Zo is de eierproductie volgens Stefaan Verhelle onder de zelfvoorzieningsgraad gezakt. Ons gewest telt zo’n 160 leghennenbedrijven met gemiddeld 60.000 dieren. De krapte van het Vlaamse aanbod laat zich vooral voelen in de industrie, die voor de bevoorrading afhankelijk is van het buitenland.
“Maar nu er minder import is, ligt de vraag naar Vlaamse eieren in de verwerkende industrie hoger. Dat duwt ook de prijs van de scharreleieren voor de tafeleierenmarkt omhoog”, zegt de pluimveehouder. Hij vreest dat de zelfvoorzieningsgraad nog verder zal dalen. “Over een aantal jaren moeten de bedrijven met vrije kooien omschakelen naar scharreleieren. Om niet boven het stikstofplafond uit te komen, betekent dat een halvering van de pluimveestapel. Het stikstofdossier zet sowieso al jaren een rem op vernieuwing en investeringen in onze sector, en de helft van de ondernemers waar wij mee werken, gaat richting pensioen. Zonder perspectief is het onwaarschijnlijk dat er opvolging komt, en dan gaan die bedrijven verloren. De bevoorrading van het pakkingsstation zou zelfs in het gedrang kunnen komen.”
Eigen toekomst veilig stellen
Het is één van de reden waarom ’t Munckenei uitkijkt naar extra leveranciers. Stefaan Verhelle betaalt hen een toeslag bovenop de eierprijs van Kruisem. Hij wil zich de komende jaren nog meer inzetten voor de sector, en zo zijn zichtbaarheid vergroten. “Leveranciers verwachten dat wij de uitdagingen van de pluimveehouderij onder de aandacht brengen van de retail. Leghennenhouders moeten hun boterham blijven verdienen en dat is natuurlijk ook in het belang van de retail.”
Over zijn eigen bedrijf maakt hij zich minder zorgen. “Mijn dochter Lotte (19), die handelswetenschappen studeert, heeft interesse om mee te werken in het pakkingsstation”, klinkt het. “En hoewel het er lang anders uitzag, gaf zoon Lennert (17) ondertussen aan verder te willen met de pluimveehouderij.” Is de voorziene verdere daling van de leghennenstapel dan niet de beste garantie op een rooskleurige toekomst voor de overblijvende bedrijven? “Dan moet de retail wel vasthouden aan Vlaamse eieren en mag men geen genoegen nemen met eieren uit Polen.”
Op dit moment lijken Oost- en Zuid-Europese eieren nog een brug te ver. “Als er niet genoeg Vlaamse eieren zijn, worden de schappen gevuld met Franse en Nederlandse eieren. Hierdoor is de versheid gegarandeerd en bestaan er ook geen vraagtekens over de kwaliteit, maar een sterke lokale eiersector vraagt om een gezamenlijke inspanning”, besluit Stefaan Verhelle.