Landbouw vreest gevolgen van handelsakkoorden van de EU

De EU-lidstaten en Marokko hebben een akkoord ondertekend ter liberalisering van de onderlinge handel in landbouw- en visserijproducten. Hiermee bekrachtigen ze het principeakkoord over vrijmaking van de wederzijdse handel in voedsel. In 2011 wil de EU nog handelsakkoorden met Canada en Oekraïne afronden. Alle akkoorden zullen hun impact hebben op de Europese landbouwproductie.

De Europese Commissie stemde in september al in met het vrijhandelsakkoord met Marokko. Het akkoord is nu ter goedkeuring naar het Europees Parlement gestuurd, maar zal daar zo goed als zeker op weerstand stuiten. Met name de zuidelijke lidstaten verzetten zich tegen het akkoord. Zij vrezen negatieve gevolgen voor hun landbouwsector als hun markt overspoeld wordt door goedkope Marokkaanse producten.

Voor ‘gevoelige producten’ als tomaten, aardbeien, komkommers en courgettes wordt reeds een uitzondering voorzien in de vorm van tariefquota. Omgekeerd omvat het akkoord ook de vrijmaking van de Europese export naar Marokko voor 45 procent van de exportwaarde. Over tien jaar moet dat zijn gegroeid naar 70 procent. Voor zuivelproducten, groente, fruit en conserven wordt een volledige liberalisering van de export beoogd.

In 2009 startte de EU ook handelsbesprekingen met Canada. Doelstelling is de wederzijdse handelsbelemmeringen voor diensten en goederen, waaronder landbouwproducten, te verminderen. Doel is om uiterlijk in 2011 tot een afronding van de onderhandelingen te komen.

Volgend jaar staat bovendien een deal met Oekraïne gepland. Nadat Oekraïne lid werd van de WTO, startte het land onderhandelingen met de EU, zijn grootste handelspartner. Ondanks importheffingen verkoopt Oekraïne (in een normaal jaar waarin de export niet wegens droogte aan banden wordt gelegd zoals in 2010, nvdr) veel tarwe en koolzaad aan de EU. De verwachting is dat Oekraïne meer toegang tot de EU-markt zal vragen voor haar suiker, graan en koolzaad, wat ten koste kan gaan van Europese akkerbouwers.