Labo voor GGO-detectie in Gent ingehuldigd

Vandaag/donderdag had in Gent de officiële opening plaats van het laboratorium AgriFing. Het labo werkt met drie mensen en bepaalt of er bij zaden, planten en voedingsmiddelen genetisch gewijzigde organismen (GGO) voorkomen, en zo ja hoeveel. Sinds april 2000 moeten onze voedingsproducten met meer dan 1 procent GGO per ingrediënt immers een label krijgen. Het laboratorium werd in maart 2001 opgestart door de Hogeschool Gent, het Centrum voor Landbouwkundig Onderzoek (CLO) van Melle en de Gentse Universiteit.

Sindsdien heeft het labo al 148 analyses uitgevoerd en 31 klanten over de vloer gekregen. De helft van hen komt uit de veevoedersector, een kleine twintig procent uit de voedingssector. Op vraag van allerhande organisaties onderzoekt AgriFing plantaardige bestanddelen (soja, maïs, koolzaad) of voedingsproducten (brood, pasta, burgers, babyvoeding,.) op de aanwezigheid van GGO's. Klanten zijn onder andere consumentenorganisaties, ngo's, overheidsdiensten, bedrijven en zelfs privé-personen.

Het labo wil komend jaar zo'n 400 stalen analyseren en hoopt daarmee snel een break-even te bereiken. "Maar wij zijn geen vzw, bvba of spin-off", drukt Hertveldt ons op het hart. Het diensthoofd heeft het veeleer over een "formeel samenwerkingsverband". De analysemethoden kregen reeds de nodige erkenning op Europees niveau. Op een Europese 'accreditatie' voor bepaalde analyses is het nog even wachten: daarvoor moeten externe deskundigen de werking, bestraffing en uitrusting van het laboratorium aan een uiterst grondig onderzoek onderwerpen.