Kweken en uitzetten van fazanten is hardnekkig probleem
nieuwsOp 15 oktober opent de jacht op de fazant. Hoewel het bij wet verboden is, duiken in deze periode grote aantallen uitgezette dieren op. "Met natuur- of wildbeheer heeft deze onethische vorm van jacht niets van doen", maakt Vogelbescherming Vlaanderen zich boos. Het Vogel- en zoogdierenopvangcentrum in Heusden-Zolder, dat in beslag genomen dieren ophaalt, bevestigt het probleem.
Het uitzetten van wild is verboden door het Jachtdecreet. Volgens Vogelbescherming Vlaanderen wordt dit algemene verbod uitgehold door een "immense achterpoort" die in het zogenaamde Jachtvoorwaardenbesluit werd gecreëerd: fazantenbroedsels die bedreigd worden door maaiwerkzaamheden kunnen door jagers geraapt worden, kunstmatig uitgebroed en de jongen vóór 31 juli vrijgelaten in het jachtterrein waar de eieren ooit werden geraapt. De vereniging vraagt minister Joke Schauvliege om hier komaf mee te maken in het nieuwe, aagepaste Jachtvoorwaardenbesluit.
"Door fazanten uit te zetten, trachten jagers het aantal dieren te vergroten waar ze op kunnen jagen. Hun 'oogst' is dan niet afhankelijk van het broedsucces. Het uitzetten verhoogt de draagkracht van de biotoop echter niet, zodat in de winter niet meer individuen kunnen overleven dan voorheen. De broedpopulatie neemt niet toe. Het gaat hier dus enkel om het plezier van het afschot", hekelt Vogelbescherming Vlaanderen. Een randfenomeen van het illegaal uitzetten van fazanten is de hetze tegen roofdieren zoals de vos. De uitgezette dieren zijn (bijna) tam en daardoor een makkelijke prooi. Diezelfde jagers die het niet nauw nemen met de regels zijn roofvogels en vossen daarom liever kwijt dan rijk.
Op het terrein speuren het Agentschap voor Natuur en Bos, het Voedselagentschap en andere diensten zoals de lokale politie naar illegale fazantenkwekerijen. Deze overheidsdiensten verbaliseren en nemen de dieren in beslag, waarna zij beroep doen op het Vogel- en zoogdierenopvangcentrum in Heusden-Zolder om de dieren te 'evacueren'. "Wij doen dat in gans België en halen jaarlijks enkele duizenden dieren op", vertelt de verantwoordelijke van het opvangcentrum, Rudi Oyen. Hij vreest dat de toezichthouders maar het topje van de ijsberg zien. "Op één locatie troffen we eens 3.000 fazanten aan. De werkelijke omvang van het probleem is koffiedik kijken. Wellicht worden er tienduizenden dieren, vooral fazanten maar bijvoorbeeld ook wilde eenden en patrijzen, uitgezet voor de jacht."
Een illegale kwekerij opsporen, is behoorlijk lastig want de jagers die zich aan deze praktijk bezondigen, zijn op hun hoede. Wanneer de locatie ontdekt wordt, slaagt de overheid er meestal in om ook de clandestiene kweker en zijn handlangers te klissen. In het verleden bleek onder meer een oude varkensstal een geschikte locatie voor het kweken van jonge fazanten. Oyen wil de jagers niet stigmatiseren, maar dit aanhoudende probleem zit hem wel dwars. "Ook de consument die wild koopt, wordt bedot", zegt hij. "Terwijl een landbouwer aan tal van regeltjes moet voldoen, doen clandestiene kwekers van wild maar op. Zo houden zij met behulp van hoge dosissen antibiotica een massa dieren op een kleine oppervlakte."
Bron: eigen verslaggeving
Beeld: Vogel- en zoogdierenopvangcentrum