Koe geeft meer melk na en tijdens dracht van vaarskalf
nieuwsWanneer een koe een vaarskalf baart, produceert ze significant meer melk dan wanneer ze een stierkalf baart. Dit verschil kan oplopen tot 450 gram over twee opvolgende lactaties. Dat blijkt uit Amerikaans onderzoek van de universiteiten van Harvard en Kanvas, gepubliceerd in het tijdschrift Plos One. Een verklaring voor de resultaten is er nog niet.
Onderzoekers van Harvard en Kansas hielden gedurende twee jaar 2,39 miljoen lactatieresultaten van 1,49 miljoen Holsteinkoeien bij, om te concluderen dat er een verband bestaat tussen het geslacht van het kalf en de melkgift. Dit verband breidt zich zelfs uit tot het geslacht van een volgende kalf en de melkgift na een volgende kalving, omdat de melkgift na de eerste kalving deels overlapt met de volgende dracht.
Wanneer een koe eerst een stierkalf kreeg en daarna een koekalf draagt, verhoogt haar eerste melkgift (tijdens de zwangerschap van het tweede kalf) significant: ze produceert meer melk dan een koe die een tweede stierkalf draagt, maar wel nog steeds minder dan een koe die eerst een vaarskalf baarde. Bij koeien die meteen een koekalf baarden, heeft het geslacht tijdens de tweede dracht daarentegen geen effect op de eerste melkgift.
Omgekeerd heeft het geslacht bij de eerste kalving eveneens een effect op de melkgift na de tweede kalving. Koeien die eerst een stierkalf baarden, produceren minder melk na een tweede kalving dan koeien die eerst een vaarskalf baarden, zeker wanneer die tweede kalving opnieuw een stierkalf oplevert. Wanneer de tweede kalving een vaarskalf oplevert, verhoogt de melkgift na de tweede kalving licht, maar blijft ze lager dan die van koeien die eerst een vaarskalf baarden. Bij die koeien die eerst een vaars baarden, heeft het geslacht van het tweede kalf opnieuw geen effect op de melkgift, ook niet na de tweede kalving: deze koeien produceren na de eerste én twee kalving meer melk, ongeveer 450 kilogram, of het tweede kalf nu een stier is of een koe.
Opvallend is nog dat de lagere melkgift na de kalving van een stierkalf niet gecompenseerd wordt door een hoger eiwit- of vetgehalte, zoals wel het geval is bij bijvoorbeeld apen. Een verklaring voor deze resultaten hebben de onderzoekers (nog) niet. Gezien in de moderne Amerikaanse melkveehouderij kalveren meteen weggenomen worden bij de moeder en grootgebracht worden met ‘anonieme’ melk, kan er geen sprake zijn van een post-natale compensatie vanwege de moeder om het zwakkere koekalf meer melk te geven dan het sterkere stierkalf. Bovendien zou dit niet stroken met het feit dat het geslacht van de foetus van een tweede zwangerschap effect heeft op de melkgift na de eerste kalving. Dit doet vermoeden dat er sprake is van een pre-nataal effect, mogelijks hormonaal bepaalt.
Dit alles heeft volgens de onderzoekers een belangrijke economische impact. Wanneer koeien alleen vaarskalveren zouden baren, zou de melkveehouderij op de Amerikaanse markt jaarlijks voor 200 miljoen dollar meer melk kunnen produceren. Wel moet dit resultaat verminderd worden met de extra kosten verbonden aan het gebruik van gesekst sperma en enkele andere factoren, zoals de verminderde kans op conceptie. Al nemen de kosten verbonden aan het sorteren van vrouwelijke en mannelijke cellen in sperma volgens de onderzoekers steeds verder af.
Meer info: Lees het artikel in Plos One
Bron: De Standaard / eigen verslaggeving