nieuws

Kleine percelen baren kopzorgen in Noordoost-Limburg

nieuws
Om de akkerbouw en groenteteelt in Noordoost-Limburg rendabel te houden, zijn grotere percelen nodig. Dat hebben lokale boeren benadrukt tijdens een werkbezoek van landbouwminister Leterme aan Scana-Noliko in Bree. Ook bij de conservenproducent onderstrepen ze het belang van schaalvergroting. "Om efficiënt te werken willen we de minimumgrootte van percelen onder contract binnen enkele jaren optrekken tot goed vijf hectare", luidt het. Nu bedraagt de gemiddelde perceelsgrootte amper 1,5 hectare.
29 mei 2006  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 13:57
Om de akkerbouw en groenteteelt in Noordoost-Limburg rendabel te houden, zijn grotere percelen nodig. Dat hebben de lokale boeren benadrukt tijdens een werkbezoek van Vlaams minister-president Yves Leterme aan Scana-Noliko in Bree. Ook bij de conservenproducent onderstrepen ze het belang van schaalvergroting.

"Veel percelen in de regio komen niet in aanmerking voor groententeelt omdat ze te klein zijn," zegt landbouwverantwoordelijke Rik Ceyssens van Scana-Noliko. In Noordoost-Limburg is een stuk landbouwgrond gemiddeld 1,5 hectare groot. Veel boeren hebben her en der nog lapjes van 40 are. Te klein om efficiënt bewerkt te worden. "Voor de groententeelt sluiten wij pas contracten af met de boeren wanneer ze een stuk landbouwgrond hebben van minimaal twee hectare", zegt Ceyssens.

Slechts een beperkt aantal landbouwbedrijven in de directe omgeving van Bree kan aan de criteria van Scana-Noliko voldoen. "Om efficiënt te werken willen we de minimumgrootte binnen enkele jaren optrekken tot goed vijf hectare," aldus Ceyssens. "Net over de grens in Nederlands-Limburg zijn de landbouwgronden veel groter. Daar zitten we nu al aan een gemiddelde perceelsgrootte van 4,30 hectare".

De boeren in Noordoost-Limburg beseffen dat ze op die manier niet kunnen blijven meedraaien. Vandaar dat ze grotere percelen willen creëren door het ruilen van lapjes grond. "Geen typische ruilverkaveling, maar op vrijwillige basis," zegt Leo Kesters, voorzitter van de Landbouwcommissie. Voor dat project is twee miljoen euro uitgetrokken. De Vlaamse Landmaatschappij (VLM) probeert de grondruil via een soort grondenbank op poten te zetten.

"Bij verplichte initiatieven stuit men sneller op weerstand. Dit project is op vrijwillige basis en dus zijn de slaagkansen voor de grondruil groter," zegt een boer. Het grondverkavelingsproject geldt voor meerdere gemeenten, onder meer Bree, Bocholt, Kinrooi, Maaseik, Meeuwen-Gruitrode en Peer.

Lees ook: geVILT: In verzekerde bewaring

Bron: Het Belang van Limburg

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek