Is er nog ruimte voor intensieve landbouw in Vlaanderen?

De aanvraag om een varkens- en kippenstal in Borgloon uit te breiden, doet de laatste weken heel wat stof opwaaien in de lokale media. En ook in Wuustwezel is er commotie ontstaan nadat een kippenbedrijf wil uitbreiden. Buurtbewoners zitten vaak niet te wachten op een ‘megastal’ en ook Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir zei in een interview met Humo dat ze systematisch dossiers voor ‘megastallen met honderdduizenden kippen, of tienduizenden koeien en varkens’ weigert. Is er nog ruimte voor intensieve landbouw in Vlaanderen?

28 september 2020  – Laatst bijgewerkt om 28 september 2020 16:24
Lees meer over:

Ze verschijnen al een tijdje in de lokale katern van verschillende kranten, titels als: ‘Rondrijdend bord moet uitbreiding kippenstallen stoppen’, ‘4.240 bezwaarschriften tegen uitbreiding landbouwstallen’ of ‘Dat is hier het kiekens-eldorado’. Thema’s als intensivering en schaalvergroting roepen op maatschappelijk vlak meer en meer vragen op.

In het Limburgse Borgloon bijvoorbeeld is de bezorgdheid over de mogelijke uitbreiding van een varkens- en kippenstal nog niet van de baan. Actievoerders vrezen dat de uitbreiding een impact zou hebben op hun gezondheid en verkeersoverlast met zich meebrengt. Zij dienden samen zo’n 2.400 bezwaarschriften in. "Hopelijk beschermen de burgemeester en de schepenen het publieke belang van duizenden omwonenden, de natuur en omgeving, in de plaats van het privaat belang van slechts vier mensen", reageerden de actievoerders van 'Stop Megastallen'.

Om ons bedrijf over te dragen aan onze kinderen, moet het levensvatbaar zijn. Dat vraagt Europa, en het is ook de enige manier dat een jonge landbouwer nog geld van de bank krijgt. Daarom zijn wij verplicht uit te breiden.

Patrick Aernouts - Vleeskippenhouder

Ook een andere kippenstal, deze keer in Wuustwezel, haalde de kranten nadat een vergunningsaanvraag voor uitbreiding kwaad bloed zette bij de buurtbewoners. Volgens de krant Gazet van Antwerpen klagen buurtbewoners over verkeershinder van zware voertuigen, hinder van fijnstof, landschapsschade, stankoverlast en een dalende grondwaterspiegel. “En dat alles dicht bij het vogelrichtlijngebied De Maatjes, Wuustwezelheide en Groot Schietveld”, klinkt het. Nog volgens de buurtbewoners zou het MER (milieu- effectrapport) gebaseerd zijn op verouderde gegevens.

Vleeskippenhouder Patrick Aernouts reageert in dezelfde krant op de commotie. “Om ons bedrijf over te dragen aan onze kinderen, moet het levensvatbaar zijn. Dat vraagt Europa, en het is ook de enige manier dat een jonge landbouwer nog geld van de bank krijgt. Daarom zijn wij verplicht uit te breiden. De levensstandaard van de wereldbevolking stijgt, waardoor meer en meer mensen vlees gaan kopen.”

Na de uitbreiding wil Patrick Aernouts vijftien kippen per vierkante meter gaan houden, in plaats van nu achttien tot twintig. “Dat zijn de kippen die in de Nederlandse supermarkten het keurmerk Beter Leven krijgen”, legt hij uit. “Wij willen dat label hier in de Belgische supermarkten mee uitbouwen. Het is dan de bedoeling dat mensen iets meer betalen voor hun vlees, omdat ik mijn kip 30 procent meer plaats geef. Ze krijgen dan ook speelgoed en strobalen.”

We moeten naar een korte keten met kleine, lokale boerderijen die ons van voeding voorzien, in plaats van varkensvlees voor dumpingprijzen uit te voeren naar Azië en Oost-Europa.

Zuhal Demir - Vlaams Minister van Omgeving

Ook in de politiek leeft het thema. Vlaams Minister van Omgeving Zuhal Demir zei in een interview met het weekblad Humo dat ze ‘systematisch dossiers weigert voor megastallen met honderdduizenden kippen, of tienduizenden koeien en varkens’. “We moeten naar een korte keten met kleine, lokale boerderijen die ons van voeding voorzien, in plaats van varkensvlees tegen dumpingprijzen uit te voeren naar Azië en Oost-Europa”, aldus de minister. “Als we blijven doorgaan met dat grootschalige landbouwmodel, verstikt Vlaanderen onder de enorme concentraties mest, ammoniak en stikstof.”

Er klinken ook andere stemmen in het debat. Steven Coenegrachts, Vlaams parlementslid voor Open Vld en lid van de commissie Landbouw, pleit ervoor om op een verantwoorde manier ruimte te blijven maken voor intensieve landbouw. “We zien de laatste jaren dat steeds meer landbouwers bloemen laten bloeien langs hun akkers, hagen aanplanten of de weg van de biolandbouw inslaan”, reageert hij. Niet gemakkelijk, want met een beperkter gebruik aan gewasbeschermingsmiddelen en strenge regels omtrent bemesting valt het rendement per hectare lager uit.”

Dat biolandbouw een prominente plaats heeft gekregen in ons landbouwlandschap vindt Steven Coenegrachts een goede zaak. “Maar we moeten in Vlaanderen ook ruimte blijven maken om aan intensieve landbouw te doen. Niet alleen voor de vele jobs die ze biedt - maar liefst 135.000 mensen hebben een job binnen de agrovoedingsketen - maar ook voor de vele monden die ze voedt. Massaproductie zorgt nu eenmaal voor veel voedsel. En dat maakt kwalitatief, lokaal geproduceerd voedsel ook nog eens betaalbaar.”

We moeten ruimte blijven maken om aan intensieve landbouw te doen: niet alleen voor de vele jobs die ze biedt, maar ook voor de vele monden die ze voedt.

Steven Coenegrachts - Vlaams parlementslid (Open Vld)

“Uiteraard wil dat niet zeggen dat we geen rekening moeten houden met nitraat- en fosforwaarden, gewasbeschermingsmiddelen en dergelijke: op dat gebied zullen we inderdaad wat op de rem moeten staan, in het belang van onze water-, bodem-, en luchtkwaliteit”, reageert Coenegrachts.

Nog volgens het Open Vld-parlementslid heeft de Europese Farm to Fork of 'van-boer-tot-bord' strategie hier een erg belangrijke rol te spelen. “Aan de hand van deze strategie zorgen we voor gezond, betaalbaar en duurzaam voedsel, is de landbouw een belangrijke partner in de aanpak van de klimaatverandering, draagt ze een steentje bij aan de bescherming van milieu en biodiversiteit en zorgen we bovendien voor een eerlijke economische opbrengst voor de hele voedselketen in al zijn vormen.”


In 2019 ging VILT in gesprek met de experten van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek rond het thema. "Er is inderdaad een tendens in de maatschappij om te denken dat schaalvergroting per definitie slecht is", zegt ILVO-onderzoeker Eva Kerselaars. "Het wordt geassocieerd met weinig dierenwelzijn, industriële productie, geurhinder, landschappelijk slecht ingepaste gebouwen, enz. Terwijl kleinschalige landbouw naar voren wordt geschoven als de oplossing: beter voor het klimaat, beter landschappelijk inpasbaar, beter voor dieren en beter voor boeren. Maar in realiteit is het niet zo eenvoudig. Groot is niet per definitie slecht en klein is niet per definitie goed. Ook niet voor de landbouwers zelf.”

Volgens de experten wordt in het publieke debat nogal gemakkelijk opgeroepen dat klein blijven en verbreden voor boeren de enige leefbare keuze is. "Maar zo eenvoudig is dat niet. Ook verbreden stelt hen voor uitdagingen, bijvoorbeeld bij de marketing of de logistiek. En ook op vlak van dierenwelzijn is schaal niet de bepalende factor. Je hoort soms het tegenargument dat grote bedrijven net kunnen investeren in dierenwelzijn, maar dat is evenmin een vast gegeven. Goed management is de sleutel: op een bedrijf dat goed gemanaged wordt, hebben boer én dier het beter, of dat bedrijf nu groot is of klein", klinkt het.

Anna Verhoeve van de eenheid Landbouw en maatschappij bij ILVO stelt dat de uitdaging van megastallen of schaalvergroting niet zozeer vervat kan worden in cijfers over aantallen dieren. "Kenmerken van de omgeving bepalen immers evenzeer of een schaal als passend of niet ervaren wordt door burgers en als wenselijk of niet wenselijk door het beleid", stelt ze.

Lees hieronder het volledige artikel na.

ILVO-onderzoekers wijzen op noodzaak van agrarische reconversie en sloop in debat rond schaalvergroting
Uitgelicht
Is er nog ruimte voor landbouw in Vlaanderen?
27 mei 2019 Lees meer

Bron: Eigen verslaggeving / HBvL/ HLN / GvA

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek