Hoe gelijkwaardig zijn adviezen over passende beoordelingen?
Naar aanleiding van het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) over de vergunningsaanvraag voor Project ONE van Ineos, kwamen in de Commissie Leefmilieu bezorgdheden naar boven over de passende beoordeling als instrument tijdens een vergunningsaanvraag. “Er is nood aan stroomlijning en transparantie zodat er enerzijds duidelijkheid is over de opmaak van een passende beoordeling, en anderzijds willekeur wordt uitgesloten op de behandeling ervan”, aldus Vlaams parlementslid Tinne Rombouts (cd&v).
Na een arrest van de Raad voor Vergunningsbetwistingen diende Ineos een nieuwe passende beoordeling in die toegevoegd werd aan het reeds bestaande dossier. Hierop liet Ineos een openbaar onderzoek voeren. ANB onderzocht het dossier en publiceert de volgende conclusie: “Op basis van het voorliggend dossier beschikt ANB over onvoldoende informatie zodat een betekenisvolle aantasting van de instandhoudingsdoelstellingen van de speciale beschermingszone en onvermijdbare en onherstelbare schade van het Vlaams Ecologisch Netwerk niet met zekerheid kan uitgesloten worden.” Het Agentschap vraagt vervolgens om antwoorden te krijgen op hun opmerkingen en meldt dat er daarom voorlopig niet gunstig geadviseerd wordt.
Over dit advies was veel onduidelijkheid. Betekent dit nu een gunstig of ongunstig advies, en wat betekent dit voor de voortgang van de procedure? Op de vraag van Vlaams parlementslid Mieke Schauvlieghe (Groen) of het procedureel wel kan dat de passende beoordeling van Ineos nogmaals aangepast kan worden op maat van het advies van ANB, antwoordt minister Demir niet. Wel lichtte minister Demir toe dat hetgeen ANB heeft uitgebracht geen advies over de omgevingsvergunningaanvraag is en daarom ook geen eindconclusie is. Het zouden enkel vragen zijn die ANB stelt op aannames in de passende beoordeling. “Ik vind het goed dat een administratie vooraleer ze een eindconclusie in het dossier opstelt, nog een antwoord vraagt op een aantal vragen. Dat is voor alle duidelijkheid ook de taak van ANB”, aldus Demir.
Willekeur
Vlaams parlementslid Rombouts liet daarop verstaan dat ze er zich kan in vinden dat administraties aangeven waar er een knelpunt is bij de opmaak van hun dossier. “Mits dit voor iedereen op dezelfde manier gebeurt”, aldus Rombouts. “Ik heb de afgelopen jaren heel wat passende beoordelingen en vragen hierover gericht aan ANB gezien. Het ging hierbij niet over multinationals, maar over kleinere bedrijven met een kleinere uitstoot. En bij hen was er op geen enkele manier overleg mogelijk en werd gewoon koudweg negatief advies gegeven.”
Er moet gezorgd worden dat het instrument van passende beoordeling werkbaar wordt voor iedereen
Daarbij snijdt Rombouts de vraag naar een gestroomlijnd kader aan. Zo stelt ze dat er meer stroomlijning en transparantie nodig is zodat iedereen op een gelijkaardige manier wordt behandeld. Waarna ze zich richt tot minister Demir: “Op welke manier zult u een kader voor passende beoordeling ter beschikking stellen, dat werkbaar is voor elke aanvrager die wil investeren in Vlaanderen? Een kader met de garantie dat er niet willekeurig gehandeld wordt in de beoordeling, alsook dat niet elke aanvrager aan zijn lot wordt overgelaten om naar eigen goeddunken de passende beoordeling op te maken?”
Ook parlementslid Steven Coenegrachts (Open Vld) uitte zijn zorgen over het gebruik van een passende beoordeling in een de vergunningsaanvraag. “Als een multinational 800 pagina’s produceert aan wetenschappelijk onderzoek, en het ANB zegt dat het onvoldoende is, dan hebben we echt nood aan een kader om de passende beoordeling werkbaar te maken als instrument.”
In aantocht
Een bezorgdheid die minister Demir tempert. Ze wijst erop dat er werk wordt gemaakt van een aantal tools die op dat vlak gebruikt kunnen worden door vergunningsaanvragers. “Willekeur is inderdaad het laatste wat we willen”, aldus minister Demir. “In het recente politieke akkoord over stikstof werden afspraken gemaakt rond de manier waarop een passende beoordeling zal kunnen worden opgemaakt binnen de contouren van een goedgekeurd stikstofdecreet. Ik denk dat het ook belangrijk is dat we daar invulling aan geven voor eenieder die een aanvraag zal doen. Hiervoor zal de Vlaamse overheid een aantal tools ter beschikking hebben staan die dan gebruikt kunnen worden door vergunningsaanvragers. Dat zit er dus allemaal aan te komen.”
