Fenavian breidt scope uit naar alternatieve eiwitten
Fenavian, vertegenwoordiger van de Belgische vleesverwerkende nijverheid, zet zich vanaf nu ook in voor producenten van alternatieve eiwitten. “We moeten af van de polarisatie tussen dierlijke en plantaardige eiwitten”, vertelt secretaris-generaal Anneleen Vandewynckel, die aangeeft dat leden steeds meer vegetarische producten ernaast zijn gaan ontwikkelen.
Al 85 jaar vertegenwoordigt Fenavian de Belgische vleesverwerkende nijverheid, producenten van charcuterie, worst, vleessalades en veel meer producten. “België kent een rijke geschiedenis op het gebied van charcuterie. Er zijn bronnen waarin beschreven wordt hoe de Romeinen Vlaamse salami mee namen naar huis”, vertelt Anneleen Vandewynckel, secretaris-generaal van Fenavian.
Tijdens de laatste ledenvergadering werd de omschrijving “federatie van de vleeswarenproducenten” uitgebreid met “en de alternatieve eiwitten.” Vandewynckel vertelt dat er in de praktijk weinig verandert. “Een aantal van onze leden maakte al hybride producten of plantaardige producten, we zaten al in veel onderzoeksgroepen van universiteiten en onderzoeksinstellingen, en eiwittransitiewerkgroepen van overheden.”
Vleesbereiders maken plantaardige eiwitproducten
De naamsverandering moet dus meer gezien worden als een bevestiging van een trend die de afgelopen jaren gaande is. Producenten van vleeswaren richten zich ook steeds meer op producten met plantaardige eiwitten als basis. Vandewynckel noemt het voorbeeld van Bonrill dat sinds 1889 bestaat en onder andere gekend is om zijn vleesproducten zoals rillettes. Een aantal jaar geleden is het ook op de vegetarische kar gesprongen heeft het nu een aantal producten op basis van oesterzwammen.
We moeten af van de polarisatie: producten van dierlijke eiwitten en plantaardige eiwitten hoeven elkaar helemaal niet uit te sluiten
“Producten van dierlijke eiwitten en plantaardige eiwitten hoeven elkaar helemaal niet uit te sluiten”, vertelt Vandewynckel. Zij meent dat er onterecht gepolariseerd wordt. “Vroeger had ik de keuze tussen een broodje hesp en eentje met komkommer salade. Beide producten konden ook prima gecombineerd worden. Het was in ieder geval niet zo dat het ene product het andere product uitsloot.”
De belangenvertegenwoordiger benadrukt dat de vleesverwerking het DNA en de corebusiness van de sectorfederatie blijft. “Maar als de consument graag een plantbased of hybride product wenst dan heb ik liever dat dat van mijn leden komt, dat dat hier in België wordt gemaakt, en hier werkgelegenheid verschaft. In de praktijk wordt het nu vaak geïmporteerd waardoor de meerwaarde elders gecreëerd wordt.”
Vlees blijft het DNA van Fenevian
Het DNA van Fenavian kwam eind vorig jaar naar voren in de discussie over de benaming van vegetarische producten. Alhoewel de organisatie met naam en daad producten van vegetarische eiwitproducten verdedigt, is ze fel gekant tegen een verwijzing naar vleesproducten in de benaming. “Als je een plantaardig product op de markt benoemt, moet je niet verwijzen naar vlees of naar een diersoort. Dat is misleiding van de consument, omdat het product een andere nutritionele waarde heeft, een andere smaak en een andere structuur”, herhaalt Vandewynckel het standpunt van destijds. “Maar voor ons is het prima om naar vormen te verwijzen, zoals burger of worst.”
Fenavian vertegenwoordigt een sector van meer dan 180 bedrijven, voornamelijk kmo's en familiebedrijven. Het heeft een 80-tal leden, die samen staan voor 90 procent van de werkgelegenheid in de sector.
Bron: Eigen berichtgeving
