FAVV waarschuwt voor bruinrot in Antwerpen en Limburg

Het Voedselagentschap waarschuwt aardappeltelers in de provincies Antwerpen en Limburg voor bruinrot aangezien de bacterie vorig jaar nog in verschillende waterlopen werd aangetroffen. “Er blijft dus gevaar op besmetting van de aardappelteelten via het oppervlaktewater. Vandaar dat wij de telers er op willen wijzen dat het verboden is om oppervlaktewater te gebruiken bij de teelt van aardappelen, maar ook van tomaten en aubergines”, aldus het Voedselagentschap.

Op basis van de verspreiding van de bacterie in verschillende waterlopen werd een beschermingszone afgebakend die 44 gemeenten omvat. In die gemeenten is het dus verboden om water uit kanalen, beken of vijvers te gebruiken bij de teelt van aardappelen, tomaten en aubergines. Het beregenen van percelen met andere teelten kan, maar alleen als ervoor gezorgd wordt dat het oppervlaktewater en de installaties die gebruikt worden voor de beregening zeker niet in contact kan komen met aardappelpercelen.

Aardappelpercelen mogen wel beregend worden met ander water dan oppervlaktewater, bijvoorbeeld met grondwater. Bovendien moet iedere aardappelteler in de beschermingszone voor 30 april aangifte doen van alle percelen van meer dan tien are waarop aardappelen zullen worden geteeld. Die melding moet gebeuren bij de Provinciale Controle-Eenheid van de desbetreffende provincie. Ook moet de teeltrotatie gerespecteerd worden: aardappelen mogen niet meer dan één keer om de drie jaar op hetzelfde perceel geteeld worden.

Voor de beregening van tomaten en aubergines kan op verantwoordelijkheid van de teler wel oppervlaktewater uit een vergaarbekken gebruikt worden op voorwaarde dat de teler dit voor 30 april aangeeft bij het Voedselagentschap. Ook moet het vergaarbekken vrij zijn gebleken van waardplanten van de bruinrotbacterie. Regelmatige analyses van oppervlaktewaters – genomen door het Voedselagentschap – moeten ook aantonen dat er geen fytosanitair risico is.

Het Voedselagentschap wil er alle betrokken spelers op wijzen dat het noodzakelijk is om alle maatregelen nauwgezet toe te passen. “Doen ze dit niet, dan kunnen ze bij eventuele besmetting volledig aansprakelijk worden gesteld en in dat geval kan hun recht op schadevergoeding in het gedrang komen”, klinkt het.

De beschermingszone van 44 gemeenten bestaat uit: Arendonk, Balen, Beerse, Berlaar, Brecht, Dessel, Dilsen-Stokkem, Geel, Grobbendonk, Ham, Hamont-Achel, Heist-o/d-Berg, Herentals, Herenthout, Herselt, Hulshout, Kasterlee, Kinrooi, Leopoldsburg, Lier, Lille, Lommel, Maaseik, Malle, Meerhout, Merksplas, Mol, Neerpelt, Nijlen, Olen, Oud-Turnhout, Overpelt, Ranst, Ravels, Retie, Rijkevorsel, Schilde, Schoten, Turnhout, Vorselaar, Vosselaar, Westerlo, Zandhoven en Zoersel.