Europese voedselinspectie kampt met personeelstekort

Het Food en Veterinary Office (FVO), de Europese voedselinspectie, kampt met een groot personeelstekort. Dat schrijft De Morgen naar aanleiding van het paardenvleesschandaal. “We krijgen steeds meer werk toegeschoven zonder dat er personeel bijkomt. Dat betekent dat je voortdurend keuzes moet maken”, zegt Frank Andriessen van het FVO.

De Europese voedselwaakhond beschikt over amper 90 inspecteurs die instaan voor de kwaliteitscontrole van het voedsel dat Europa binnenkomt, en van de werking van de nationale voedselinspecties in de 27 EU-lidstaten. De Nederlandse dierenarts Frank Andriessen, één van de topmannen van het FVO, legt de vinger op de wonde: “We hebben niet de capaciteit om te doen wat we zouden willen. Daarbovenop worden we nu geconfronteerd met de Europese budgetkorting van vijf procent, en dat maakt het uiteraard niet makkelijker.”

Het FVO werd in 1997 opgericht naar aanleiding van de BSE-crisis met als hoofddoelstelling de controle op de Europese voedselveiligheid op te voeren. Maar het chronisch personeelstekort lijkt een nauwkeurige en exhaustieve aanpak in de weg te staan. Zo blijkt uit de jaarverslagen van het FVO dat paardenvlees uit Roemenië nog nooit aan een Europese inspectie is onderworpen, hoewel een audit van de Roemeense rundvlees- en varkenssector in 2010 verschillende onregelmatigheden aan het licht bracht.

“Het zal natuurlijk altijd te weinig zijn”, zegt professor Mieke Uyttendaele (UGent), “maar het probleem is dat je niet alles kunt controleren.” Volgens Joost Vandenbroucke van consumentenorganisatie Test-Aankoop moet de Europese voedselinspectie dringend worden versterkt. Zo zou het laatste FVO-verslag al van 2008 dateren en zouden er over Roemenië en andere Oost-Europese landen nog weinig of geen kritische rapporten verschenen zijn, ondanks duidelijke aanwijzingen.