VN-rapporteur en ngo-netwerk hekelen impact GLB overzee
nieuws“Het gemeenschappelijk landbouwbeleid is een contradictie ter grootte van 50 miljoen euro met de Europese verbintenis om landbouw in ontwikkelingslanden vooruit te helpen.” Met deze woorden haalt VN-rapporteur voor het recht op voedsel, Olivier De Schutter, bijzonder scherp uit naar het GLB-voorstel van de Europese Commissie. Ook het ngo-netwerk CONCORD hekelt de negatieve impact overzee van het GLB.
De VN-rapporteur stelt vast dat de Europese Unie zijn grenzen heeft geopend voor import uit ontwikkelingslanden, maar noemt dit zinloos wanneer de boeren in het Zuiden op hun eigen markten beconcurreerd worden door gesubsidieerde landbouwproducten uit het Westen. Zolang het Westen hoge subsidies uitkeert aan zijn landbouwers, vreest De Schutter dat dit een vergeefse strijd wordt voor kleinschalige boeren in ontwikkelingslanden.
Volgens de VN lijden 925 miljoen mensen honger, dat is bijna één zevende van de wereldbevolking. Tezelfdertijd gaat één derde van alle voedsel verloren of wordt het verspild. “Het laatste wat we dus nodig hebben, is een Europees landbouwbeleid dat hervalt in oude zonden en een negatieve impact heeft op de ontwikkelingslanden”, treedt CONCORD-directeur Olivier Consolo de VN-rapporteur bij. “In het hervormingsproces hebben alle EU-instellingen coherentie nagestreefd met het beleid rond ontwikkelingssamenwerking, maar de Commissie gooit dit nu overboord.”
Een vergelijking met de uitspraken van de Europese Commissie in november 2010 leerde CONCORD, het Europees netwerk van ngo’s die werken aan ontwikkelingssamenwerking, dat de coherentie van het Europese landbouwbeleid met het ontwikkelingsbeleid, zoals voorzien in het Verdrag van Lissabon, verdwenen is in het definitieve voorstel van EU-commissaris Dacian Ciolos. Dit was nochtans ook vooropgesteld in de laatste resolutie van het Europees Parlement omtrent de toekomst van het GLB. CONCORD zocht in de tekst tevens vruchteloos naar een uitdovingsscenario voor exportsubsidies.
De Schutter is overtuigd dat arme landen hun landbouwsysteem moeten heropbouwen in plaats van hun toevlucht te zoeken in het goedkoop importeren van voedsel. “Wanneer in het Westen het huidige landbouwbeleid gehandhaafd wordt, dan verliezen we in ontwikkelingslanden de strijd tegen honger en ondervoeding”, aldus De Schutter. Het aftoppen van de landbouwsubsidies voor zeer grote bedrijven, noemt hij een stap in de goede richting. De eisen tot vergroening van de inkomenssteun mogen wat hem betreft op het volledige steunbedrag betrekking hebben, niet op 30 procent ervan.
“De hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid moet meer aandacht hebben voor de afhankelijkheid van de Europese veehouderij van de import van soja, maïs en andere grondstoffen uit de rest van de wereld”, voegt De Schutter nog toe. Het meest zorgen maakt hij zich over het budget dat de EU voor landbouw uittrekt. “Er wordt nog altijd teveel geld voorzien voor het competitief maken van de Europese landbouw op de wereldmarkt”, meent de VN-rapporteur. “Elke vorm van ondersteuning die het mogelijk maakt om voedsel te exporteren tegen artificieel lage prijzen, is dumping en dus nadelig voor arme boeren in ontwikkelingslanden.”
De Europese ngo’s rekenen op het Europees Parlement en de ministers van Landbouw van de 27 lidstaten om landbouw- en ontwikkelingsbeleid beter op elkaar af te stemmen. Ze vragen onder meer dat de impact van het GLB op de ontwikkelingslanden geanalyseerd zou worden. Wat die evaluatie betreft, verwelkomt VN-rapporteur De Schutter het Zimmer-rapport dat eind september door het Europees Parlement aangenomen werd.
Meer info: opinie De Schutter & Zimmer-rapport
