Daling energieprijzen zorgt voor iets minder directe kosten

In 2020 zijn de directe kosten van de Vlaamse land- en tuinbouwers met een halve procent teruggelopen tegenover 2019. Deze lichte daling is vooral te danken aan de gedaalde energiekosten en gedaalde kosten voor plantenvoeding. Daarentegen stegen de kosten voor zaai- en pootgoed plantenbeschermingsmiddelen. Dat blijkt uit de raming van de jaarresultaten van Boerenbond.

23 oktober 2020  – Laatst bijgewerkt om 23 oktober 2020 11:26
Lees meer over:

0

veevoeder

0

loonkost

0

zaai- en pootgoed

0

energie

0

onderhoud en herstelling

0

gewasbescherming

0

veeartskosten

0

meststoffen

0

andere (oa. loonwerk)

Aandeel van de verschillende kosten in de totale directe kosten van de Vlaamse land- en tuinbouw in % (2020, raming Boerenbond) 

Veevoeder grootste hap uit het budget

In 2020 maken aangekochte veevoeders, inclusief de betaalde lonen, 50 procent uit van de totale uitgaven van de Vlaamse land- en tuinbouw. De veevoederprijzen daalden in de eerste 7 maanden van 2020 lichtjes (- 0,9%) tegenover dezelfde periode van 2019.

De aangekochte hoeveelheden (in kg) veevoeders stegen in de eerste 7 maanden van 2020 met 1,7 procent tegenover dezelfde periode van 2019. Dit komt door stabilisatie van de aangekochte hoeveelheden varkensvoeder (goed voor 50% van het aangekochte volume veevoeder), een lichte (+ 1,1%) toename van de aangekochte hoeveelheden rundveevoeder (30% van het aangekocht volume veevoeder) en een stijging (+ 6%) van de aangekochte hoeveelheden pluimveevoeder (goed voor 20% van het aangekochte volume veevoeder) voornamelijk omwille van het herstel van de leghennenstapel na de laag pathogene vogelgriep van 2019.

Kleine stijging zaai- en pootgoed

Zaai- en pootgoed vertegenwoordigen 8 procent van de totale directe kosten in 2020. De aangekochte hoeveelheden kenden een beperkte stijging onder meer door een toename van de oppervlakte industriegroenten, de oppervlakte maïs en in beperkte mate door de vanggewassenregeling in het kader van de Vlaamse mestwetgeving. Globaal stegen de hoeveelheden met 2 procent en de betaalde prijzen met 2 procent.

Minder meststoffen aangekocht

De kost van aangekochte meststoffen maakt 2,6 procent uit van de totale directe kosten. In 2020 daalden de aangekochte hoeveelheden omwille van het droge voorjaar en de strengere mestwetgeving. De prijzen daalden gemiddeld met 5,3 procent tegenover 2019 voornamelijk als gevolg van prijsdalingen voor ammoniumnitraat en vloeibare stikstof.

Personeelskost verschilt per sector

De betaalde lonen aan de werknemers in de land- en tuinbouw vertegenwoordigen 10 procent van de directe kosten. Voor 2020 raamt Boerenbond dat de personeelskosten zullen stijgen met ongeveer 1 procent (geraamde inflatie). Het betreft een raming aangezien de voornaamste tewerkstelling nu plaatsvindt, in het derde kwartaal van het jaar.

Het gewicht van de betaalde loonkost verschilt weliswaar enorm tussen de deelsectoren. Zo doet vooral de tuinbouw beroep op externe betaalde arbeid waar, in functie van de teelt, de loonkost tot 30 procent van de totale kosten kan innemen. Betaalde arbeid komt minder voor in de veehouderij. Daar wegen vooral de veevoederkosten door.

Energieprijzen daalden sterk

De energieprijzen, goed voor 8 procent van de totale directe kosten, kenden in de eerste 8 maanden van 2020 een dalend verloop in vergelijking met dezelfde periode van 2019. De prijzen van diesel en stookolie daalden met 26 procent, terwijl de elektriciteitsprijzen terugliepen met 8 procent. Belangrijk daarbij is dat land- en tuinbouwers verder blijven inzetten op eigen (groene) energiewinning via wkk’s, zonnepanelen, (pocket)vergisters…  

Lichte stijging gewasbescherming

De gebruikte hoeveelheid gewasbeschermingsmiddelen steeg in 2020 licht (+ 1%) ten opzichte van 2019. In 2020 stegen de prijzen van gewasbeschermingsmiddelen globaal met 2 procent. Gewasbeschermingsmiddelen maken 4 procent uit van de totale directe kosten. We stellen vast dat er voortdurend minder gewasbeschermingsmiddelen toegelaten zijn en dat tezelfdertijd de alternatieven aanzienlijk duurder zijn.

Droogte zorgt voor extra kosten

In 2020 werden ook opnieuw kosten veroorzaakt omwille van de noodzaak van beregening van een aantal gewassen. Gezien de grote individuele bedrijfsverschillen valt het echter vandaag moeilijk te becijferen welke kost de beregening voor de gehele sector voor gevolg had. Bovendien gaat het om investeringen in beregeningsinstallaties, die afgeschreven worden en die bijgevolg behoren tot de vaste kosten op het bedrijf.

De totale directe kosten daalden in 2020 lichtjes (- 0,5%) tegenover 2019.


Meer info over de ramingen van de jaarresultaten vind je op de website van Boerenbond.

Bron: Boerenbond

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek