Crevits wijst partners varkensketen op verantwoordelijkheid
nieuwsVlaams minister van Landbouw Hilde Crevits (CD&V) wil dat alle partners in de varkensketen hun verantwoordelijkheid opnemen om de problemen in de sector structureel op te lossen. “Tijdens het ketenoverleg had ik het gevoel, en ik wik mijn woorden, dat de verantwoordelijkheid nogal gemakkelijk wordt weggewuifd. En dat is voor mij een groot probleem”, zei de minister in de Commissie Landbouw.
Crisis snijdt diep
Nieuw is het niet dat de varkenshouders aan de alarmbel trekken. Wel is het zo dat de crisis zelden zo lang en zo diep ging. De Vlaamse Producentenorganisatie Varkens becijferde dat door een combinatie van de Afrikaanse varkenspest en de coronamaatregelen de varkenshouders sinds augustus 2018 een verlies leden van maar liefst 343,3 miljoen euro. Dat staat gelijk aan een bedrag van ruim 200.000 euro per bedrijf.
Een aantal West-Vlaamse varkenshoudsters nodigde minister Crevits maandagmiddag uit voor een gesprek. Daarin getuigden ze hoe één voor één welke impact de aanhoudend lage varkensprijzen hebben op hun bedrijf, hun gezin en hun mentaal welzijn. “Dat waren zeer emotionele gesprekken”, vertelde Crevits in de Commissie Landbouw. “Ik was er nadien niet goed van. Het gaat om bedrijven die zwaar geïnvesteerd hebben in emissiearme stallen en andere milieuvriendelijke toepassingen en die zich nu machteloos voelen terwijl ze alles gedaan hebben om aan de normen te voldoen.”
Later op die dag vond het ketenoverleg plaats dat de minister had samengeroepen. “Om tot een structurele oplossing te komen, is het elementair dat alle partners in de keten aan tafel zitten, vanaf de veevoederproducenten, over de varkenshouders, slachthuizen, tot de retail”, vertelde ze na parlementaire vragen van Bart Dochy (CD&V) en Emmily Talpe (Open Vld) naar de stand van zaken van dat overleg.
Bekijk hier het debat in de Commissie Landbouw van het Vlaams parlement vanaf 01:21:00. Lees verder onder de video.
Ketenoverleg te vrijblijvend?
Crevits beseft dat het niet de eerste keer is dat de ketenpartners in gesprek gaan. “Dat is de afgelopen jaren nog gebeurd. Ik stel vast dat er na zulke overlegrondes altijd plannen zijn om structureel tot oplossingen te komen, maar dat partners zich niet aan de afspraken houden die gemaakt zijn of dat ze bepaalde elementen van akkoorden niet uitvoeren. Het gaat dan over zaken die de politiek niet kan regelen, want wij mogen de markt niet sturen.”
De minister zei in de commissie dat ze het een harde vergadering vond. “Elk stukje van de keten is voor zijn verantwoordelijkheid gezet. Maar op bepaalde momenten had ik het gevoel dat de verantwoordelijkheid nogal gemakkelijk werd weggewuifd.” De minister vindt het heel belangrijk dat er nu engagementen komen en dat men niet meer probeert de schuld in elkaars schoenen te schuiven. We moeten via dit ketenoverleg tot oplossingen komen”, reageerde Crevits ferm.
Om dat te bewerkstellingen werd een facilitator aangesteld. Filip Fontaine, algemeen directeur van VLAM en voorzitter van Belpork, zal die rol op zich nemen. Hij zal de komende twee weken een aantal bilaterale overlegmomenten tussen de ketenpartners faciliteren. “Dat is een goede zaak, want eind deze maand heb ik een nieuw ketenoverleg samengeroepen. We moeten snel schakelen, want de problemen op de varkensbedrijven zijn acuut, luidde het in de commissie.
Structurele aanpak
De opdracht voor de ketenpartners is drieledig. Eerst en vooral moet er prijstransparantie komen. “Zo kan iedereen voor zijn verantwoordelijkheid worden geplaatst”, meent de minister. Daarnaast wil ze dat er gekeken wordt naar de oprichting van een brancheorganisatie. “Dat is voor mij echt één van de middelen die noodzakelijk zijn om de sector te kunnen versterken en om meer te kunnen wegen op de prijsproblematiek.”
Tot slot moet gekeken worden hoe er meerwaarde kan gecreëerd worden. “In dat verband stel ik mij de vraag waarom het label BePork alleen gebruikt wordt voor de B2B-markt”, aldus de minister. “Ik vind dat vreemd, want het gaat toch om een standaard die de kwaliteit aangeeft. Als men er ook in de supermarkten reclame mee zou maken, dan kan je de consument toch bewuster laten kopen? Nu is het vaak zoeken naar de oorsprong van een productie in warenhuizen.”
Die meerwaarde kan volgens haar ook beter gerealiseerd worden als er meer in eigen land verwerkt en geconsumeerd wordt. Op dit moment wordt volgens Boerenbond maar 35 tot 40 procent van de delen van een varken in eigen land geconsumeerd, de rest wordt door ons niet gegeten. Ook de loonkost speelt in dat verband een rol. De Duitse vleesverwerkers kunnen drie mensen aannemen met hetzelfde budget waarmee de Belgische verwerkers één persoon tewerkstellen. “Wat maakt dat bijvoorbeeld een Belgisch bedrijf dat met varkenshuiden aan de slag gaat, die eerst terug moet invoeren. Kunnen we niet proberen om tot meerwaardecreatie bij ons te komen?”
Het zijn knelpunten die we al lang kennen en waar in het verleden ook al afspraken over gemaakt zijn. Maar we moeten nu evolueren naar een context waarin die afspraken ook nageleefd worden
Crevits erkent dat er niet zo veel nieuwe elementen uit de vergadering zijn gekomen. “Het zijn knelpunten die we lang kennen en waar in het verleden ook wel al afspraken over gemaakt zijn. Maar we moeten nu evolueren naar een context waarin die afspraken ook nageleefd worden.”
Nood aan liquiditeiten
Naast een structurele aanpak van de crisis is er op dit moment grote nood aan het versterken van de liquiditeitspositie van heel wat varkensbedrijven. Een zeugenpremie geven zoals bijvoorbeeld Wallonië deed, is niet aan de orde volgens de minister. Dit zou Vlaanderen volgens haar berekeningen meer dan 200 miljoen euro kosten. “En dan blijven de afmesters, zowat 20 procent van alle varkensbedrijven, in de kou staan. Het is zeker niet mijn bedoeling om moderne bedrijven die net hebben geïnvesteerd, kapot te laten gaan. Het lijkt mij beter op maat te werken, want de budgetten zijn uiteraard niet ongelimiteerd.”
De overheid wil ook zelf bekijken wat het kan doen om tegemoet te komen aan de hoogste noden op de bedrijven. Eén van de flankerende maatregelen is de mogelijkheid die is voorzien voor varkensbedrijven om gebruik te maken van de tijdelijke VLIF-waarborgen voor overbruggingskredieten. “Voorlopig kan er nog tot 30 september een aanvraag ingediend worden, maar we hebben bekeken waar er nog drempels zitten en die willen we proberen weghalen”, klinkt het.
Daarnaast heeft Crevits aan federaal minister Clarinval gevraagd om de erkenning als sector in crisis te verlengen. Dat moet de varkenshouders uitstel van betaling van sociale lasten verlenen. Crevits wil ook bekijken of de heropstartlening opnieuw geactiveerd kan worden. Die is nu afgesloten omdat het budget op is. “Maar we zouden deze steun voor bedrijven die na corona opnieuw moeten opstarten, kunnen open zetten voor specifieke groepen die met problemen zitten”, vertelt ze.
De minister voorziet ook in een overleg met de banken om te bekijken of zij uitstel van betaling, kapitaalsuitstel of verlenging van de termijnen kunnen verlenen. “Ook hier willen we meer transparantie. Als iemand uitstel van betaling krijgt, maar de rentes stijgen vervolgens, dan helpt dit de bedrijven ook niet verder.”
Betere markttoegang
Sinds de uitbraak van de Afrikaanse varkenspest (AVP) hebben heel wat derde landen de invoer van Belgisch varkensvlees opgeschort. Ook al heeft de OIE ons land intussen vrij van AVP verklaard, toch houden 16 landen nog steeds een embargo in stand, waaronder China. “Handelsrelaties zijn bijzonder complex. Soms spelen ook geopolitieke belangen mee”, aldus de minister waarmee ze onder meer verwijst naar het standpunt dat ons land heeft ingenomen over de situatie van de Oeigoeren, een minderheidsgroep in het noordwesten van China.
Crevits wijst erop dat er goed wordt samengewerkt tussen het federale en het Vlaamse niveau. “Op Vlaams niveau is het vooral VLAM dat een bijzonder actieve rol speelt door zijn netwerk en de aanwezigheid op internationale beurzen”, verduidelijkt de minister.” Op het overleg deze week is ook gevraagd dat men heel specifiek diplomatieke lijnen zou openen rond varkensvlees omdat daar de nood daar het hoogst is. “Dat is ook doorgesproken met VLAM en we zijn bereid om daar het nodige te doen.”
Als we onze budgetten besteden aan een warme sanering van de bedrijven die willen stoppen, dan blijft er misschien niets meer over voor de ondersteuning van sterke bedrijven
Warme sanering?
Een warme sanering wordt vaak naar voor geschoven als oplossing voor de crisis in de varkenssector, maar de minister is er zelf niet helemaal voorstander van. “Voor mij is het belangrijk dat we de sterke bedrijven overeind houden. En dat degene die stoppen, goed begeleid worden. Dat maakt maatwerk nodig”, stelt ze. “Als we onze budgetten besteden aan een warme sanering van de bedrijven die willen stoppen, dan blijft er misschien niets meer over voor de ondersteuning van sterke bedrijven. Dat is voor mij een grote zorg.”
Daarnaast vraagt Crevits zich af of een warme sanering de prijzen positief gaat beïnvloeden. “Als de vraag naar varkensvlees groot is, dan is de kans groot dat dit uit het buitenland zal komen wanneer onze varkensstapel krimpt. Dan heeft dat nul impact op de prijs, maar zijn we wel minder zeker van de kwaliteit.” Toch wil de minister het debat errond niet uit de weg gaan. “Misschien moeten we de landbouworganisaties eens uitnodigen in deze commissie om het gesprek hierover ten gronde aan te gaan?”, suggereerde ze nog.
Vandenkendelaere en Vautmans vragen EU-hulp voor heropening Chinese markt
Europese parlementsleden Tom Vandenkendelaere (CD&V) en Hilde Vautmans (Open Vld) hebben samen een brief gestuurd naar de EU-commissaris voor Handel Valdis Dombrovskis, voor Landbouw Janusz Wojciechowski en Voedselveiligheid Stella Kyriakides om hun bezorgdheid te uiten over de situatie in de Europese varkenshouderij. “De Afrikaanse varkenspest blijft een grote impact hebben op de sector hoewel een aantal lidstaten intussen AVP-vrij zijn verklaard”, schrijven zij.
Ze wijzen erop dat het voor individuele lidstaten heel moeilijk is om markten opnieuw open te krijgen, zeker de Chinese markt. “We roepen de Europese Commissie op om met hoogdringendheid deze onderhandelingen tussen China en EU-lidstaten te faciliteren. De commissie moet zijn volle diplomatieke gewicht in de schaal werpen om regionale akkoorden voor zijn lidstaten mogelijk te maken. Daarnaast vragen we ook dat de EU voorziet in financiële steun voor de getroffen landbouwers”, aldus Vandenkendaelere en Vautmans.
Bron: Eigen verslaggeving