Centrum voor Agrarische Geschiedenis opent de deuren

Het CAG werd opgericht met steun van Cera-Foundation, Boerenbond en KU Leuven en kan tijdens de eerste vijf jaar over een startbudget beschikken van 65 miljoen frank (1,6 miljoen euro). Het Centrum wil zowel een interdisciplinair onderzoekscentrum, een steunpunt als een informatiecentrum zijn.

Het wil in de eerste plaats de geschiedenis van landbouw en voeding schetsen. "Een geschiedenis van groeiende mechanisatie, specialisatie, rationalisering en schaalvergroting. Maar ook van de teloorgang van het ganzenhoeden en het schrappen van het vetsap van ons dagelijks menu," zei Jan Raymaekers, algemeen coördinator van het CAG.

Bedoeling van het CAG is mee te werken aan initiatieven van derden rond de geschiedenis van land- en tuinbouw, plattelandsontwikkeling, landschap en voeding, maar ook eigen projecten op te starten. Een ervan is de creatie van een virtueel museum. In België zijn 250 instellingen op een of andere manier bezig met landbouw en voeding. "Met hen willen we samenwerken. Samen vormen ze het imaginaire Museum voor Agrarische Geschiedenis," zegt Raymaekers, dit eerder dan een nieuw reëel museum te creëren.

Doel is de rijkdom van het agrarisch erfgoed voor een breed publiek toegankelijk te maken. Ook zijn er plannen om te vermijden dat oude landbouwgebruiken verdwijnen. Een op stapel staand project is voorts 'Lekker Dier', een initiatief van Bokrijk, het MIAT en CAG, over de weg die een dier aflegt van op de boerderij tot op ons bord.

"111 jaar na het oprichten van de Boerenbond en na de opeenvolging van landbouwcrisissen de voorbije decennia is het meer dan tijd om achterom te durven kijken voor het vastleggen van de krijtlijnen voor de toekomst," besloot de CAG-voorzitter en KUL-professor Vic Goedseels.