Bron van vervuiling bij gelatineproducent PB Gelatins
nieuwsDe resultaten van de onderzoeken zijn terug te leiden tot één opslagtank bij Profat. Deze tank werd gevuld met twee ladingen afkomstig van PB Gelatins, dat enkel aan Profat varkensvet levert voor veevoeder. De andere afnemers gebruiken het vet niet in de voedselketen. De inhoud van de tank van Profat werd geleverd aan drie bedrijven: het Nederlandse veevoederbedrijf Bouman, waar het verhoogde dioxinegehalte werd vastgesteld, het pluimveevoederbedrijf Klaasens & Co in Ravels, en het varkensvoederbedrijf Scherrens in Wingene.
Het Voedselagentschap heeft uit voorzorg 32 pluimveebedrijven en 64 varkensbedrijven geblokkeerd, die loten voeder hebben afgenomen waarin gecontamineerd varkensvet werd verwerkt, zo luidt het. "Het gaat om die bedrijven die voeder afnamen van de bedrijven in Wingene en Ravels", verduidelijke een woordvoerder van het agentschap. Het agentschap was vrijdag aanwezig bij PB Gelatines om bijkomende stalen te nemen en een dioxinecontaminatie in gelatine te onderzoeken. De resultaten daarvan worden maandag verwacht. Op de betrokken landbouwbedrijven worden de komende dagen monsters genomen en worden de bewegingen van de dieren in kaart gebracht.
Tijdens de risicoperiode leverde Profat nog varkensvet bij de bedrijven Algoet, Nachtergaele, Provijn en Leievoeders, "maar in de analyseresultaten werden geen aanwijzingen gevonden dat deze besmet vet zouden hebben ontvangen". Bij Profat worden nog monsters genomen voor de periode tussen 15 oktober en 15 november.
Het varkensvet ontstaat bij PB Gelatins als bijproduct tijdens de productie van gelatine. Het ondergaat daar een verwerking, om geschikt gemaakt te worden als "dierlijk vet bestemd voor diervoeding". PB Gelatines heeft daarvoor een erkenning. "Sinds lang wordt het productieproces opgevolgd in overeenkomst met de richtlijnen van de overheid", luidt het in een persbericht van PB Gelatines, een afdeling van Tessenderlo Chemie. "Daarbij werden vele PCB-analyses uitgevoerd, die ook gebruikt worden als signaalparameter voor dioxines. Bij die analyses zijn nooit cijfers gevonden die hoger waren dan de normen".
Het Voedselagentschap benadrukt nogmaals dat de huidige gemeten dioxineconcentraties maximum 220 pg TEQ/g vet zijn, daar waar tijdens de dioxinecrisis van 1999 waarden werden gemeten tot 10.000 pg TEQ/g vet. De normale maximumnorm voor dierlijk vet bestemd voor veevoeders bedraagt 2 pg TEQ/g vet.
Bron: Belga