nieuws

Bloeiende paardenbusiness drukt stempel op platteland

nieuws
Vlaanderen telt naar schatting meer dan 150.000 paarden en 200.000 personen die betrokken zijn bij paardenhouderij. "De sector is het hobbyisme ontgroeid en wordt door een sterk ondernemerschap gedreven", zei gedeputeerde Marc Vandeput op de trefdag 'Paard in het landschap' van de provincie Limburg. Samen met het economisch belang van de paardenhouderij vergroot ook de impact op de open ruimte.
8 juni 2012  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:18

Vlaanderen telt naar schatting meer dan 150.000 paarden en 200.000 personen die betrokken zijn bij paardenhouderij. "De sector is het hobbyisme ontgroeid en wordt door een sterk ondernemerschap gedreven", zei gedeputeerde Marc Vandeput op de trefdag 'Paard in het landschap' van de provincie Limburg. Samen met het economisch belang van de paardenhouderij vergroot ook de impact op de open ruimte.

In Meeuwen-Gruitrode, volgens burgemeester Lode Ceyssens dé paardengemeente van Vlaanderen, vond vrijdag de trefdag 'Paard in het landschap' plaats voor gemeentebesturen, bestuursverantwoordelijken uit de paardensector en andere geïnteresseerden. De resultaten van het provinciaal trendonderzoek rond verpaarding werden daar voorgesteld.

De opmars van de paardenhouderij heeft een duidelijk zichtbare impact op het agrarisch ruimtegebruik en de beeldkwaliteit van het landschap. Conflicten met de actieve land- en tuinbouw zijn soms niet ver weg. Gedeputeerde van Landbouw en platteland Marc Vandeput is zich bewust van de groeipijnen van de sector. De trefdag was dan ook bedoeld om ervaringen uit te wisselen en zowel goede als minder goede voorbeelden te tonen.

"Paarden vormen pittige concurrentie in de strijd om landbouwgrond en bezorgen ruimtelijke planners hoofdbrekens. Er is een een ongemerkte transformatie bezig die tot een clash zal leiden", schreef De Standaard recent. Op het platteland is enerzijds de schaalvergroting van de land- en tuinbouw zichtbaar. Anderzijds ontplooien nieuwe 'plattelandsgebruikers' para-agrarische activiteiten op oude bedrijfszetels die niet langer geschikt zijn voor actieve land- of tuinbouw.

Paarden worden niet negatief ervaren door de meeste plattelandsgebruikers, waarvan landbouwers nog maar een kleine minderheid uitmaken. "De publieke opinie heeft minder moeite met niet-agrarische bedrijven op het platteland, dan met de landbouwbedrijven die standhouden en industrialiseren", zegt Anna Verhoeve van het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) in de krant.

"Voor de maatschappelijke aanvaarding van de paardenhouderij mag een kwaliteitsvolle inpassing in het landschap echter niet over het hoofd gezien worden", meent gedeputeerde Vandeput. "Boeren en tuinders is het inmiddels wel duidelijk dat zij niet langer de enige gebruikers van het platteland zijn. Ook van paardenhouders en nieuwe 'plattelanders' wordt verwacht dat zij de eigenheid van het agrarisch gebied respecteren."

Het trendonderzoek bracht aan het licht dat de ruimtelijke impact niet alleen door grote constructies veroorzaakt wordt, maar eveneens te wijten is aan kleinere elementen zoals schuilhokken en afrasteringen die talrijk in het landschap opduiken. Ook het afschrapen van de vruchtbare bodemlaag voor het aanleggen van rijpistes zou niet overal en onbezonnen mogen gebeuren.

De analyse van de verpaarding van het Limburgse landschap levert een resem aanbevelingen op. Om de impact op het landschap te beperken, worden bestaande stallen of loodsen beter verbouwd dan nieuwe paardenaccomodatie op te trekken. Indien dat niet mogelijk is, zouden grote nieuwe constructies moeten aansluiten op de bestaande gebouwen. Een aanplanting met groen dient het gebouw te integreren in het landschap, niet te verschuilen achter een rij coniferen. Een forse afrastering zou gecombineerd kunnen worden met wat groene landschapselementen. Opdat de biodiversiteit niet achteruit zou boeren door 'steriele' paardenweiden kunnen hoekjes van het perceel extensiever uitgebaat worden.

Op het vlak van landschapsintegratie en groenbuffering van landbouwbedrijven is een grote expertise opgebouwd door de provincie Limburg. De gedeputeerde raadt paardenhouders dan ook aan om van deze dienstverlening gebruik te maken. Hij benadrukte nog dat de Limburgse deputatie pleitbezorger is voor het behoud van land- en tuinbouw op het platteland en dus een middenweg tracht te bewandelen bij de vraag om ruimte voor agrarische en para-agrarische activiteiten.

Vlaams volksvertegenwoordiger Lode Ceyssens (CD&V) noemt de paardenhouderij een sector die in nog in volle ontwikkeling is. Hij is opgetogen dat de sector in zijn gemeente reeds alle kansen grijpt via een sterke paardenfokkerij, 70 kilometer ruiter- en menpaden en toeristische trekpleisters die daarop inspelen. Een topruiter als Ludo Philippaerts bezorgt een gemeente ook uitstraling, weet Ceyssens. Hij maakt zich sterk dat het besef groeit dat de paardenhouderij een economische sector is. "Dat vertaalt zich in een beter vergunningenbeleid en vergunningsvrijstellingen voor schuilhokken en houten afrasteringen", illustreert Ceyssens.

Meer info: Ruimte voor paarden - Paard in landschap

Bron: eigen verslaggeving/De Standaard

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek