Bijna één op drie Europese kinderen is te dik

Van de Belgische kinderen tussen 10 en 12 jaar oud heeft 21 procent overgewicht. Zes procent kampt met extreem overgewicht. België scoort daarmee na Noorwegen het best van zeven onderzochte Europese landen. Het academisch ziekenhuis van de Vrije Universiteit Amsterdam onderzocht ruim 7.000 schoolkinderen uit België, Griekenland, Hongarije, Nederland, Noorwegen, Slovenië en Spanje.

Gemiddeld heeft 30 procent van de onderzochte kinderen overgewicht en is er bij één op tien sprake van extreem overgewicht. In Noorwegen werden de laagste percentages gemeten: 19 procent van de Noorse kinderen is te dik, vier procent heeft extreem overgewicht. Ook België en Nederland scoren beter dan gemiddeld. Toch noemen de onderzoekers ook in deze drie landen de situatie "zorgelijk".

Belgische kinderen drinken bijna een halve liter frisdrank per dag. Enkel in Nederland en Hongarije drinkt die leeftijdscategorie meer frisdrank. Griekenland scoort het slechtst in zo goed als alle categorieën: de helft van de kinderen kampt er met overgewicht en één op de vijf met extreem overgewicht. Daarnaast kijken ze het meest tv en fietsen ze het minst naar school.

Volgens de onderzoekers zijn de verschillen tussen de Europese lidstaten moeilijk te verklaren. "Het is duidelijk dat er verschillen zijn in culturele tradities, familiegebruiken en eetgewoonten. Alle kinderen hebben gemeen dat ze blootgesteld worden aan meerdere factoren die overgewicht veroorzaken. Slechts één oorzaak aanpakken, zal dan ook niet werken", zegt onderzoeksleider Johannes Brug.

Meer info: Lees het onderzoek in het wetenschappelijk tijdschrift PLoS-ONE.