Bijna 1 op 3 Europese landbouwbedrijven wordt geleid door een vrouw
In Europa wordt 29 procent van alle landbouwbedrijven geleid door een vrouw. Dit gemiddelde maskeert echter grote verschillen tussen de lidstaten. Zo steken Letland en Litouwen met kop en schouders boven de andere lidstaten uit: bij 45 procent van de landbouwbedrijven staat er een vrouw aan het hoofd. Met 14 procent laat België slechts zeven lidstaten achter zich. Absolute hekkensluiter is Nederland met amper vijf procent vrouwen die er een landbouwbedrijf leidt.
Naar aanleiding van Internationale Vrouwendag bracht de Europese Commissie het vrouwelijk leiderschap van landbouwbedrijven onder de aandacht. Het maakt daarbij gebruik van de meest recente Eurostat-data, die evenwel van 2016 dateren. Wat opvalt, is dat het aantal vrouwen aan het hoofd van een landbouwbedrijf de laatste jaren lichtjes is toegenomen tot 29 procent in 2016.
De lidstaten die het beste meeste vrouwelijke bedrijfsleidsters in de landbouw hebben, zijn vooral voormalige Oostbloklanden: Letland (45%), Litouwen (45%), Roemenië (34%) en Estland (33%). Ook Italië (32%), Oostenrijk (31%) en Portugal (30%) doen het beter dan het Europese gemiddelde van 29 procent. Polen heeft evenveel vrouwen aan het hoofd van een landbouwbedrijf als dat gemiddelde (29%).
België staat pas twintigste op de ranglijst met 14 procent. Tsjechië (12%), Finland (12%) en Ierland (11%) doen het net iets slechter dan ons land. In vier lidstaten wordt minder dan één bedrijf op tien geleid door een vrouw. Het gaat om Duitsland (10%), Denemarken (8%), Malta (6%) en Nederland (5%).
Wat volgens de Europese Commissie opvalt, is dat slechts 4,2 procent van die vrouwelijke bedrijfsleidsters jonger is dan 35 jaar. “Hoewel de verouderende landbouwpopulatie een probleem is dat zich in heel de sector voordoet, zien we dat dit probleem zich bij vrouwelijke landbouwers nog sterker aftekent”, klinkt het. Zo is 42 procent van de vrouwen die een landbouwbedrijf leiden ouder dan 65 jaar, terwijl dit bij de mannen om 29,2% procent gaat.
Europa heeft zich dan ook voorgenomen om meer in te zetten op jonge landbouwers en op vrouwen in de landbouw. Zo kunnen jonge landbouwers extra steun krijgen in het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en lidstaten zullen ook hun fondsen voor plattelandsontwikkeling kunnen toespitsen op jonge vrouwen die in de landbouw willen starten.
Vlaamse veehoudster in top vijf van Copa Cogeca-award voor ondernemende vrouwen in landbouw
Ines Theunis uit Glabbeek heeft het geschopt tot één van de vijf finalisten van de Copa-Cogeca Innovation Award for Women Farmers 2021. Met de hoofdprijs ging de vleesveehoudster niet naar huis, die ging naar een ecologische champignonteeltster uit Spanje. In totaal stelden meer dan 40 landbouwsters uit alle hoeken van Europa zich kandidaat voor de award.
Het was de zesde editie van de Innovation Award for Women Farmers van Copa-Cogeca. De focus lag dit jaar op de manier waarop vrouwen aan de slag gaan met nieuwe businessmodellen en trachten een antwoord te vinden op de grote klimaatuitdagingen waar de landbouwsector voor staat. “Jaar na jaar zien we dat vrouwen in de landbouw er niet alleen in slagen om economisch leefbare bedrijven uit te baten, maar dat zij ook projecten opzetten met sterke sociale en ecologische dimensies. Met deze award willen we dan ook een duidelijke boodschap uitdragen naar alle vrouwen in de EU: durf te boeren!”, aldus Copa-Cogeca.
Na de dood van haar vader besliste de jonge Ines Theunis om samen met haar moeder het vleesveebedrijf verder te zetten. Intussen heeft ze met Fines een eigen label ontwikkeld om het vlees van haar dieren in de markt te zetten en het verhaal achter haar product te vertellen. Duurzaamheid en circulariteit staan centraal op haar bedrijf. Vlaanderen leerde Ines vorig jaar kennen bij haar deelname aan het Play4-programma ‘Boerenjaar’. Ook in de tweede reeks van dit programma speelde zij een prominente rol.
Meer informatie: Copa-Cogeca Innovation Award for Women Farmers 2021
Bron: Eigen verslaggeving
