VLIF-steun voor mestvergisting de facto onmogelijk
nieuwsDe huidige VLIF-regelgeving maakt het mogelijk om steun te verlenen aan de "installatie en het materieel die op bedrijfsniveau specifiek noodzakelijk zijn voor de productie en eventueel het gebruik van hernieuwbare brandstoffen". Landbouwers die investeringen doen die kaderen binnen deze bepaling kunnen rekenen op een steunbedrag ten belope van 30 procent van de investeringskost.
Bij een vergistingsproces kan naast biomassa zoals groenafval, energieplanten en afval van de agro-industrie ook mest als grondstof gevaloriseerd worden. Hieruit afleiden dat het mogelijk moet zijn om voor mestvergisting VLIF-steun aan te boren, is echter een stap te ver. "Investeringen inzake biomethanisatie met aansluitend electriciteitswinning zijn doorgaans grootschalig en kunnen normaliter niet op een gangbaar landbouwbedrijf verantwoord worden. Bovendien zijn de eindproducten geen landbouwproducten", argumenteert Leterme.
De minister laat ook nog weten dat landbouwers evenmin een beroep kunnen doen op ecologiepremies. Anderzijds herhaalt Leterme dat de Commissie geen principiële bezwaren heeft tegen het ondersteunen van mestverwerkingsinstallaties indien rekening gehouden wordt met de concurrentieregels. Hiervoor moet echter nog een steunkader worden uitgewerkt bij de totstandkoming van MAP3.