Suikerbietteelt blijft belangrijk voor Vlaanderen
nieuwsMaïs blijft met een areaal van 184.652 hectare de belangrijkste akkerbouwteelt in Vlaanderen. Het areaal graan daalt lichtjes, het aardappelareaal neemt toe. Hoewel het areaal suikerbieten min of meer stabiel is, blijft de teelt ervan ook na de suikerhervorming belangrijk voor Vlaanderen. Dat blijkt uit het jaarverslag 2009 van het Beleidsdomein Landbouw en Visserij.
In 2009 werd in het kader van de verzamelaanvraag een totale oppervlakte van 89.455 hectare voor de teelt van granen aangegeven. Ten opzichte van het totale aangegeven areaal is dat 13,35 procent. In 2007 was het graanareaal in Vlaanderen kleiner (83.760 ha) en in 2008 groter (93.593 ha) dan afgelopen jaar. Het grootste deel werd ingenomen door wintertarwe met een oppervlakte van 6.8510 hectare in 2009.
Zo’n 6,2 procent van de totaal aangegeven oppervlakte werd beplant met aardappelen. Het areaal aardappelen voor consumptie bedroeg 36.886 hectare. Pootgoed werd uitgeplant op 1.255 hectare en vroege aardappelen op 3.192 hectare. In totaal is dat 41.313 hectare. Voor 2008 zijn alleen de cijfers voor consumptieaardappelen (36.275 ha) en voor aardappelpootgoed (1.016 ha) bekend. Beiden arealen namen het afgelopen jaar toe.
In 2009 bedroeg het areaal suikerbieten in Vlaanderen 21.566 hectare. Dat is min of meer een stabilisatie tegenover 2008 (21.579 ha). In 2007 lag het areaal nog heel wat hoger met 27.550 hectare. Ondanks de hervorming van de suikermarkt in Europa blijft de suikerbiet daarmee een belangrijke teelt in Vlaanderen. Wel is er een verschuiving van het teeltgebied. In de regio’s Pajottenland, Oost-Vlaanderen en Antwerpen werd heel wat bietenquotum verkocht. De suikerbiet werd vaak vervangen door aardappelen, maar ook door industriële groenteteelt.
Op Europees vlak werd een tijdelijke regeling ingesteld voor de herstructurering van de suikerindustrie. Ter compensatie van ingeleverd suikerquotum kunnen lidstaten een aantal maatregelen nemen die ten goede komen aan de diversificatie van de suikersector. Het bedrag dat aan Vlaanderen toekomt, wordt grotendeels benut via het VLIF en komt ten gunste van de suikerbiettelers.
In 2009 ontving de overheid 676 aanvragen voor steun die kaderen in de suikerbietenmaatregel. De totale voorziene investeringskosten bedroegen 31,25 miljoen euro. In 182 dossiers werd de steun al toegekend. Voor deze dossiers bedroegen de totale subsidiabele investeringskosten 6,6 miljoen euro, wat neerkomt op een toegekend premiebedrag van in totaal 840.174 euro. Het totale bedrag aan suikergeld dat beschikbaar is voor de individuele producenten bedraagt 5,5 miljoen euro.
Het areaal maïs bedroeg in 2009 184.652 hectare, daarvan werd 122.032 hectare gebruikt voor de teelt van silomaïs en 62.620 ha voor korrelmaïs. In 2007 besloeg het totale maïsareaal slechts 147.269 hectare en in 2008 ruim 190.721 hectare. Als alternatief voor soja, blijft grasland de belangrijkste eiwitproducent. Alternatieve eiwitgewassen als luzerne, lupinen, erwten en kemp krijgen in de praktijk nauwelijks bijval. De teelttechniek telt nog te veel hiaten en problemen.
Het beleidsdomein Landbouw en Visserij ondersteunt de Vlaamse land- en tuinbouwers bij hun akkerbouwteelten op vele manieren. Enerzijds gebeurt er heel wat onderzoek naar teelttechniek en rassen. Via demonstratieproeven, demodagen en publicaties tracht het beleidsdomein de resultaten van dit onderzoek tot bij de boeren te brengen. Daarnaast is het ook verantwoordelijk voor de controles op en certificering van zaaizaad en pootgoed.