Sojamoratorium in Amazonewoud werpt vruchten af
nieuwsDe Braziliaanse sojahandelaars handhaven het drie jaar oude moratorium op de handel in soja die afkomstig is uit ontboste delen van het Amazonewoud. Onderzoek wijst immers uit dat de aanpak rendeert. Dat werd bekendgemaakt tijdens een persconferentie in aanwezigheid van de Braziliaanse milieuminister Carlos Minc.
Uit een monitoring van 630 gebieden die de voorbije drie jaar in het Amazonewoud ontbost werden, blijkt dat slechts 12 zones beplant werden met soja. In absolute cijfers gaat het om slechts 0,88 procent van de 157.869 hectare die gescreend werden. Ter vergelijking: bijna tweehonderd zones werden omgevormd tot weiland om er runderen te laten grazen. De andere ontboste gebieden worden voorlopig nog niet geëxploiteerd.
Greenpeace feliciteert de soja-industrie met haar engagement. Volgens milieuminister Minc is het sojamoratorium een model dat navolging verdient in andere sectoren, en daarbij neemt hij meer bepaald de rundveehouderij in het vizier. “Het rundvee is momenteel de grootste bedreiging voor het Amazonewoud”, luidt het ook bij Greenpeace.
De export van Braziliaanse soja leverde vorig jaar 18 miljard dollar op. De sojahandelaars zijn niet te beroerd om toe te geven dat hun moratorium nog niet waterdicht is. Ongeveer tien procent van de productie zou niet gedekt worden door de overeenkomst en ook de controlemechanismen om het moratorium te handhaven, werken nog niet perfect.
Op de vraag wat er gebeurt met soja die geoogst wordt in recent ontbost gebied, antwoordde Carlo Lavotelli dat dergelijke soja in veel gevallen opgekocht wordt door een Chinese handelaar die actief is op de spotmarkt. De federaties van sojahandelaars Abiove en Anec gaan nu ook het engagement aan om geen boeren meer te ondersteunen die in het verleden het sojamoratorium geschonden hebben.