"Onbemande toestellen maken aardobservatie interessant"
nieuwsHet Centrum voor Beeldverwerking van het VITO is Mol is een wereldautoriteit op het vlak van de verzameling en verspreiding van vegetatiegegevens die met Europese aardobservatiesatellieten verkregen worden. Momenteel zijn er nog geen concrete toepassingen voor de Vlaamse boeren en tuinders voorhanden, maar dat kan snel veranderen na de eerste tests met onbemande vliegtuigen.
Met de steun van de Europese Commissie en de federale overheid wordt het VITO sinds 1997 ingeschakeld voor de verwerking en distributie van vegetatiebeelden die gemaakt worden met een Franse satelliet en in Vlaanderen belanden via een ommetje in Zweden. "Het aantal gebruikers is in de loop der jaren fors toegenomen, en dat in zowat alle continenten", zegt programmamanager Lieven Bydekerke van het VITO. "De potentiële toepassingen zijn dan ook zeer divers".
Zo wordt de impact van de klimaatverandering door de afdeling aardobservatie van het VITO op de voet gevolgd. "We houden een centrale databank bij van de plantengroei in de hele wereld. Elke dag wordt het archief aangevuld met nieuwe beelden. Door ze te vergelijken, kan je inschattingen maken over de invloed van de opwarming op onze leefomgeving", zegt Bydekerke.
Aardobservatie kan ook een instrument zijn in de strijd van ontwikkelingslanden voor meer voedselzekerheid. Het VITO voert onder meer projecten uit in Senegal en Ethiopië om de klassieke monitoring van de gewasgroei aan te vullen met gegevens die bekomen worden via aardobservatie. "Door snellere en betere oogstprognoses worden overheden en hulporganisaties in staat gesteld om vlugger voorbereidingen te treffen in geval van rampspoed".
In opdracht van de Vlaamse overheid heeft het VITO met zijn aardobservatie al de diverse zandtypes aan de kust in kaart gebracht en samen met het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (Inbo) werden slikken en schorren opgespoord in het Scheldebekken. Voor de agrarische sector heeft het VITO in het verleden samen met de Luikse universiteit en het agrarisch onderzoekscentrum van Gembloers bulletins opgesteld waarin de klimatologische condities voor de plantengroei beschreven werden.
"Met behulp van beelden in hoge resolutie is het perfect mogelijk om de productie van biomassa in te schatten op perceelsniveau", aldus Bydekerke. "Wanneer we later dit jaar de test opstarten met de aangekochte onbemande vliegtuigen hopen we de gewasgroei nog beter te kunnen volgen omdat die natuurlijk op een veel lagere hoogte vliegen dan satellieten. Op termijn moeten we zeker in staat zijn praktische informatie aan te leveren voor bijvoorbeeld het gericht inzetten van hulpmiddelen in de landbouw".
Het behoort niet tot de kerntaak van het VITO om zelf concrete toepassingen voor de agrarische sector te exploiteren. Zoiets is wel perfect mogelijk via de oprichting van bijvoorbeeld een spin-off, luidt het.
Lees ook: Krijgen boeren hulp uit de ruimte?