nieuws

"Nog veel ruimte voor verdere selectie van dieren"

nieuws
In de aanloop naar zijn congres van begin december laat Boerenbond in zijn ledenblad om de beurt vier professoren aan het woord over de toekomst van de land- en tuinbouwsector. Volgens de Leuvense professor Eddy Decuypere is er nog heel wat ruimte voor de verdere selectie van landbouwhuisdieren. "Zelfs voor productiekenmerken waar al jarenlang wordt op geselecteerd, zitten we nog lang niet aan het eind van ons Latijn", luidt het optimistisch.
11 september 2006  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 14:34
In de aanloop naar zijn congres van begin december laat Boerenbond in zijn ledenblad om de beurt vier professoren aan het woord over de toekomst van de land- en tuinbouwsector. Volgens de Leuvense professor Eddy Decuypere is er nog heel wat ruimte voor de verdere selectie van landbouwhuisdieren. "Zelfs voor productiekenmerken waar al jarenlang wordt op geselecteerd, zitten we nog lang niet aan het eind van ons Latijn", luidt het in Boer&Tuinder.

De dierenveredeling heeft nog helemaal geen last van genetische uitputting. "Zeker in de pluimveehouderij heeft men hier een tijdlang voor gevreesd", zegt Decuypere. "De trend naar intensieve en gespecialiseerde productie is er al lang aan de gang. Maar nu blijkt dat tussen twee moderne vleeskuikenrassen nog een verschil van enkele honderdduizenden genenparen bestaat. Het genetisch materiaal van mens en chimpanse verschilt voor 2,4 procent. Voor twee vleeskuikenrassen is dat nog altijd 0,6 procent".

Het genetisch speelveld ligt breed open, tot zover er geen 'gecorreleerde responsen' optreden. Zo brengt de selectie op extreme bevleesdheid minder prettige kenmerken met zich mee die onderzoekers niet altijd verwachten, zoals problemen met leefbaarheid, resistentie en robuustheid. "Vroeger was men zich daar niet van bewust", geeft Decuypere toe. "Nu worden veel ruimere selectiedoelstellingen gesteld".

Decuypere pleit alvast voor de instandhouding van oude rassen. "We zouden die kenmerken in de toekomst nog wel eens nodig kunnen hebben. Denk maar aan ziekteresistentie". Over nieuwe technologieën bij de selectie meent de professor dat inkruising de belangrijkste methodiek zal blijven. "Voor het klonen van dieren bestaat nog geen maatschappelijk draagvlak. De klassieke methode zal de komende jaren wel worden bijgestaan door het gebruik van genetische merkers en andere screeningstechnieken.

In de heel verre toekomst acht Decuypere de productie van in-vitrospierweefsel niet uitgesloten. "In theorie is de productie van spiercellen weliswaar niet eenvoudig, maar het kan. Het hangt ervan of we in de toekomst nog dieren willen bij de producten die ze altijd hebben voortgebracht".

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek