Nijpend tekort aan pesticiden in kleinere teelten
nieuwsLand- en tuinbouwers kampen met een gebrek aan gewasbeschermingsmiddelen voor kleine teelten en minder frequente toepassingen. De commerciële return van die middelen is voor de fabrikant onvoldoende in vergelijking met de hoge kosten van het controleproces dat in Europa een markttoelating van een pesticide voorafgaat. Tien Europese sectororganisaties vragen dringend om een oplossing.
Vooral in de groenteteelt, sierteelt en het kleinfruit zijn er onkruiden, plagen en gewasziekten die moeilijk te bestrijden zijn met de gewasbeschermingsmiddelen die vandaag voorhanden zijn. “Dat komt omdat de kostprijs voor een erkenning voor deze kleine teelten of minder frequente toepassingen voor de meeste fabrikanten te hoog is tegenover de te verwachten winst”, verklaart Annie Demeyere van de Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling van de Vlaamse landbouwadministratie.
Om die reden trokken tien sectororganisaties op Europees niveau aan de alarmbel. “De zogenaamd kleinere teelten, die vandaag bedreigd worden door het ontbreken van geschikte gewasbeschermingsmiddelen, vertegenwoordigen in waarde ongeveer een vijfde van de totale Europese landbouwproductie. Het verdwijnen van actieve stoffen en het ontbreken van goede oplossingen voor gewasziekten, onkruiden en plagen is een bedreiging voor de voedselzekerheid in Europa en voor de competitiviteit van de ganse voedselketen”, luidde het bij wijze van waarschuwing.
Het directoraat-generaal Gezondheid beloofde om deze problematiek terug te koppelen met de andere diensten van de Europese Commissie, in het bijzonder met het directoraat-generaal Onderzoek. De sectororganisaties waren het erover eens dat een oplossing mogelijk is via kennisuitwisseling, door de EU gefinancierde onderzoeksprojecten en een coördinatiecentrum dat al het onderzoekswerk aanstuurt.
Eensgezindheid was er ook over het positieve effect van volgende maatregelen: wederzijdse erkenning van actieve stoffen tussen lidstaten, een Europese database van gewasbeschermingsmiddelen en hun erkenningen in elke lidstaat, een standaard voor eenvoudigere studies omtrent de toelating van dergelijke gewasbeschermingsmiddelen want de lidstaten oordelen daar vandaag verschillend over, en tot slot financiering voor de werkgroepen die in de EU met de problematiek bezig zijn.
“Een zonale wederzijdse erkenning van gewasbeschermingsmiddelen zoals momenteel voorzien in de Europese verordening zal al een grote stap vooruit zijn”, beaamt Annie Demeyere. In België ziet zij ook mogelijkheden via het federaal fonds voor grondstoffen. “Dit fonds wordt onder meer door de gewasbeschermingsmiddelenindustrie gespijsd via een belasting die op de producten geheven wordt. Met een deel van dat geld worden onderzoeken gefinancierd naar de uitbreiding van erkende gewasbeschermingsmiddelen in minder courante teelten of voor minder courante toepassingen. Op die manier kan bijvoorbeeld voor een product dat vandaag in granen gecommercialiseerd wordt, bestudeerd worden of het werkzaam is in groenten en welke residu's daarbij aangetroffen worden.