"Natuurgebieden goede thuis voor streekeigen veerassen"
nieuwsVlaams Parlementslid Els Robeyns (sp.a) doet een oproep om meer streekeigen veerassen in te zetten voor de ontwikkeling van natuurgebieden. In Limburg wordt momenteel het laagste bedrag aan subsidies toegekend voor de instandhouding van zeldzame veerassen, terwijl daar volgens Robeyns net uitgesproken kansen liggen vanwege het groot aantal natuurgebieden.
2010 is door de Verenigde Naties uitgeroepen tot het Internationaal Jaar van de Biodiversiteit. “Ook in de landbouw in Vlaanderen staat de biodiversiteit onder grote druk. De specialisatie in de moderne landbouw, waarbij vooral wordt gekozen voor een beperkt aantal productieve veerassen, leidt tot uniformering in de dierlijke productie en verschraling van de diversiteit aan veerassen”, aldus Els Robeyns.
De Vlaamse regering kent, in het kader van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, subsidies toe aan veehouders voor het behoud van de genetische diversiteit. Die krijgen ze wanneer zij zich engageren om via een vijfjarige verbintenis één of meer van de drie rundveerassen en negen schapenrassen te houden.
Vlaams volksvertegenwoordiger Els Robeyns peilde via een parlementaire vraag naar de resultaten van dit Vlaamse beleid op het terrein. Uit het antwoord van minister van Landbouw Kris Peeters blijkt dat sinds 2006 er voor deze maatregel al voor 1.583.475 euro aan premies effectief werd toegekend. 25 procent van dit bedrag of 398.475 euro gaat naar schapen en geitenhouders, de overige 75 procent of 1.185.000 euro naar rundveehouders.
“Limburg scoort bijzonder laag qua aantal overeenkomsten”, zegt Robeyns. “Slechts 24 van de 322 overeenkomsten, amper 7,45 procent, werd door Limburgse landbouwers afgesloten. Deze 24 overeenkomsten gaan uitsluitend over schapen en geiten. Op vijf jaar tijd deed geen enkele Limburgse landbouwer een aanvraag voor rundveerassen. Dit laag aantal overeenkomsten heeft ook zijn weerslag op de budgettaire verdeling per provincie. Zo komt slechts twee procent of 31.725 euro van het totaal uitgekeerde 1,6 miljoen euro naar Limburg.”
“Toch zie ik ook in deze provincie opportuniteiten voor de instandhouding van zeldzame soorten”, aldus Robeyns. “Namelijk door deze instandhouding van veerassen te combineren met natuurbehoud. Dit zou zeker in Limburg, met zijn groot aantal natuurgebieden een kans betekenen.” Robeyns meent dat de zeldzame veerasen kunnen bijdragen aan het behoud en mogelijk herstel van extensief beheerde graslanden die doorgaans een hoge natuurwaarde hebben. “Extensieve begrazing helpt om deze ecosystemen te beheren en in stand te houden. Dit is dus een mooi voorbeeld van samenwerking tussen landbouw en natuur die beiden ten goede komt”, zegt Robeyns.
“Ik wil dan ook een oproep doen aan alle mogelijke actoren om ook voor onze Limburgse natuurgebieden de mogelijkheden te onderzoeken om streekeigen rundveerassen in te schakelen voor het beheer en ontwikkeling van natuurgebieden. Het zou een win-win situatie opleveren, voor de natuur en ons levend erfgoed”, besluit Robeyns.